Zo leer je je kind slim omgaan met geld

Hoe leer ik mijn kind omgaan met geld? Een slimme vraag, want wie financiële opvoeding ter harte neemt, geeft zijn kind meer garanties voor een financieel gezonde toekomst. Budgetexperte Sara Van Wesenbeeck vertelt je hoe je het per leeftijd aanpakt.

Het is nooit te vroeg om te beginnen met financiële educatie. Zie het als een langetermijnplan waarin het in hoofdzaak om (goede) gewoontes draait. Geef in de eerste plaats het goede voorbeeld, want je kind leert meer van jou dan je denkt. Stel het niet uit en pak het aan op maat van je kind. Zo help je je kind om financiële vaardigheden te ontwikkelen die een leven lang van pas komen.

Kleutertijd (3-5 jaar)

Bij kleuters kan je beginnen met de basisconcepten van geld. Praat over geld(zaken), in kindertaal, en pak het speels aan. Een kleuter van drie begrijpt al wat geld is, en dat je het geeft in ruil voor de leuke dingen die hij of zij zo graag wil. Toon je kleuter in de supermarkt dat je niet zomaar alles kan kopen wat je wilt hebben. Speel ‘winkeltje’ en gebruik een spaarpot om je kind te tonen hoe spaargeld letterlijk aangroeit of weer vermindert als je er iets mee koopt. Maak in kindertaal duidelijk dat alles een prijs heeft. Je kind wil een Lego-setje? Dat kost evenveel als 20 ijsjes, dat is heel wat!

Lagere school (6-12 jaar)

Nu is je kind klaar om meer complexe financiële zaken op te pikken. Introduceer zakgeld van zodra je kind kan rekenen. Het is een krachtig leermiddel. Maak goede afspraken over wat je kind met dit geld moet kopen; dit kan evolueren naarmate hij ouder wordt. Krijgt je kind een gsm? Dan introduceer je de ‘terugkerende vaste kosten’. Laat je kind eventueel een deel daarvan zelf betalen. Leer je kind ook eenvoudige boekhoudkundige vaardigheden, zoals het bijhouden van inkomsten en uitgaven in een schriftje of app. Door kleine klusjes te doen in ruil voor een cent, zal je kind meer leren over het belang van werken voor geld.

Tienerjaren (13-18 jaar)

Nu is je kind klaar om meer te leren over bankieren, het gebruik van een eigen bankrekening en het verantwoord leren omgaan met geld. Hoe werken schulden en intrest, wat zijn de valkuilen van een kredietkaart, wat zijn de basisprincipes van beleggen… ook daar kan je het nu over hebben. Met een studentenjob (dat kan vanaf 16 jaar) leert je kind de waarde van geld verdienen en het belang van budgetteren. Laat het zijn financiële toekomst zelf plannen, zoals sparen voor grote uitgaven, maar ook het bijdragen aan verder studeren of een kot huren.

Jongvolwassenen (18+ jaar)

Je kind is meerderjarig en wordt vanaf nu geconfronteerd met volwassen financiële beslissingen. Een goed begrip van budgetteren, sparen en eventueel beleggen is cruciaal. Hoe maak je een budget en houd je je eraan, hoe ga je verstandig om met krediet en leningen, hoe werken belastingen en verzekeringen, wat is er nodig om alleen te gaan wonen of om verder te studeren? Vraag eventueel dat je kind hieraan bijdraagt. Voor jongvolwassenen die gaan werken, is kennis over pensioenplanning en het belang van vroeg beginnen met sparen voor je pensioen nuttige kennis. Ook dat draagt bij aan een financieel gezonde toekomst.