Directeur redactie Pascal Kerkhove: “Van kinderen blijf je af, daar zijn we het allemaal over eens. Waarom verschrompelt die unanimiteit als het over vrouwen gaat?”
Goeiemorgen ,
Zeg je nog iets als er al zoveel is gezegd? En zo ja, wat dan? Schrijf je nog woorden en zinnen als er al zoveel zijn geschreven? En zo ja, welke dan?
Dean, dat kleine ventje van vier met zijn rode muts.
Het is zaterdagochtend en normaal komen de woorden vanzelf. Nu niet. Ik begin en stop, ik schrijf en schrap. Ja, ik moet het doen en nee, wat kan ik nog toevoegen? Aan de koelkast in de keuken hangen tekeningen van onze oudste kleindochter, ze is vijf. Ik glimlach, vertederd door hoe ogen van vijf ons zien en in beeld brengen.
Dean was vier en altijd goedlachs, zo vertelt iedereen die hem heeft gekend. Zo zijn ventjes van 4 en meisjes van 5, met een blind vertrouwen in al wie hen lief heeft. Of lijkt lief te hebben. Het echte kwaad kennen ze niet, tenzij ze het door omstandigheden moeten ondergaan. Ze hangen aan je lippen, trekken aan je benen, stellen alle vragen en vertellen nog meer. Ze spelen je het hemd van het lijf, houden je wakker en leggen dan hun hoofdje op je schouder. Op 4 of 5 kent een normaal leven alleen speelse warmte en echte liefde.
Hoe kan je een kind niet graag zien?
Hoe kan je een kind pijn doen?
Hoe kan je een kind doden?
Ik kijk weer naar die koelkast. Wellicht hangen er ook tekeningen aan de ijskast van Deans mama. Als ouder of grootouder vervang je de ene tekening door een ander. Je stopt ze in een doos of kast tot ook die vol raken. Ze hebben geen waarde maar zijn onbetaalbaar, want voor jou. Unieke kinderkrassen, waaraan je later met plezier terugdenkt. Ze was toen 4, 5, 6, 7… Kinderen tekenen graag en veel, kinderen blijven tekenen. Dean tekent nooit meer voor zijn mama. Ze vertrouwde een man die zich een vriend toonde en belandde in deze nachtmerrie. Twintig jaar geleden zette ik mijn dochter, haar vriendin en diens papa af op Zaventem, ze gingen samen op reis. Voor ons aan de balie ontspon zich een discussie tussen een man en een vrouw over een vergeten paspoort van haar zoontje. Hij wilde zonder hem toch het vliegtuig op, zij niet. Samen konden ze niet vertrekken. Ze waren van het Gentse, hoorden we. Als zij beslisten te vertrekken, bood ik aan dat ventje in Gent bij hun familie af te zetten. Hij was tien en stil in de wagen. Midden in de nacht liep hij op de parking van het station in de armen van zijn oma. Geen idee of die man en vrouw van hun reis hebben genoten, maar ze vertrouwden mij hun kind toe. Een vreemde. Waarom zou je een vriend niet vertrouwen? De mama van Dean verdient alle hulp in deze helletocht. In haar keuken blijft een stoel leeg, veel te vroeg en voor altijd.
Dean zal nooit vijf worden. Ik hoef niet te weten waar, wanneer en vooral hoe hij is gestorven. Zijn kleine lichaam werd gevonden in Nederland en daarmee weet ik als buitenstaander meer dan genoeg. De rest laat ik graag aan de beslotenheid van het onderzoek en vooral de privacy van de mama. Bij onze noorderburen woedt intussen een nog bredere discussie over andere foute mannen die in de rand van muziekprogramma’s als The Voice hun handen niet van vrouwelijke deelnemers konden houden. In de tsunami aan woorden en meningen over Dean en Marco Borsato valt mij iets vreemd op. Van kinderen blijf je af, daarover zijn we het allemaal met elkaar eens. Waarom verschrompelt die unanimiteit als het over vrouwen gaat?
Ik werp een laatste blik op onze koelkast en zie een foto van Johanna, een dochter van 33.
Het zusje van Dean heet Johanna. Ik wens haar mama alle troost en nog meer mooie tekeningen van… haar Johanna.
Maak er een fijne zondag van.
Reageren? Pascal.kerkhove@roularta.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier