Kurt Vandemaele
Samen eten als teken van gelijkheid en broederlijkheid
Kurt Keek op de Week
Welke gedenkwaardige momenten van de week wil onze redacteur in zijn geheugen opslaan?
Er wordt wel eens gezegd dat de opslagruimte in onze hersenpan onbegrensd is. Dat alles wat we ooit hebben meegemaakt ergens in onze bovenkamer zit opgeslagen. Alleen moet je zien terug te vinden wat je zoekt. Niet altijd even simpel, als je nog weet hoe moeilijk het soms is om alleen nog maar je sleutels terug te vinden.
En geef toe, sommige dagen wil je eigenlijk het liefst vergeten. Dagen die zo slecht beginnen dat ze al mislukt zijn voor de zon goed opgaat. Mijn vrouw en mijn zoon nemen vier dagen per week om 6u58 ’ s morgens de trein van Kortrijk naar Antwerpen-Centraal. Momenten om wat slaap in te halen, zou je denken, of eens een boek te lezen of op de tablet een film te bekijken. Met de oortjes in dan wel. Niet zoals die vele lomperiken die vinden dat iedereen in hun omgeving moet meeluisteren naar wat alleen zij kunnen zien. Vaak zijn dat dan nog luidruchtige ontploffingen of dialogen in talen die niemand anders in de wagon spreekt. Maar goed, dat moet je er tegenwoordig bij nemen als je op je bestemming wil geraken. Terwijl het natuurlijk anders kan. Onlangs nam ik een ouigo-trein in Frankrijk en daar werd vooraf omgeroepen dat wie muziek of een podcast wil beluisteren of films, reportages of andere bewegende beelden wil bekijken, dat met oortjes dient te doen en dat telefoneren op het balkon moet gebeuren, dat halletje waar je in-en uitstapt. De drie uren dat ik op die trein zat, werd die oproep gerespecteerd. Het kan.
Donderdagmorgen nam mijn vrouw de trein in Kortrijk, maar in De Pinte bleef die een poosje stilstaan wegens een probleem met de wissels. In Gent moest er gewacht worden omdat de conducteur op een trein zat die vertraging had. In Lokeren wou de trein helemaal niet meer verder, wegens een technisch probleem dat niet benoemd werd. Overstappen dan maar op een trein die op zijn beurt niet verder reed dan Sint-Niklaas. De volgende trein beperkte zijn rit tot Berchem. Toen er niet meteen een trein naar Antwerpen Centraal was, heeft mijn vrouw haar tocht verder gezet met een deelfiets. Of was het met de tram, per taxi of te paard? Ik weet het niet meer. Vrijdag deed mijn zoon een poging om naar Antwerpen te reizen. Toen hij in het station kwam, bleek de trein die wel op de NMBS-app aangegeven stond, niet te rijden en maakte hij rechtsomkeer. Dat soort verhalen heb ik nu al ettelijke keren gehoord. Andere keren gaat het over hoe de negen wagons die normaal op het traject rijden er plots maar drie blijken te zijn en de pendelaars op elkaar gepakt zitten als sardienen in een blik. Mijn vrouw grapt soms dat ze binnenkort zoals in India op het dak van de trein zal zitten.
Het diepgelovige India is niet zo tolerant als het zelf wil geloven
Er waren trouwens deze week verkiezingen in het dichtstbevolkte land ter wereld. Of beter, ze gingen van start. De bijna 1 miljard kiesgerechtigden in India hebben tot 1 juni de tijd om te gaan stemmen. Het zou overal voorpaginanieuws moeten zijn. Tenslotte neemt meer dan een tiende van de wereldbevolking aan die verkiezingen deel. En ook daar blijkt er meer en meer sprake van polarisering, de koorts die de wereld in haar greep heeft. Je leest dan wel altijd dat het hindoeïsme de meest tolerante godsdienst ter wereld is, maar als je president Narendra Modi tekeer hoort gaan tegen de moslims, zie ik schrikwekkende beelden voor mijn geestesoog passeren van alweer een nieuwe machtsgeile wereldleider die liever met agressie dan met rede bestuurt. Ik word licht onwel van het idee dat mannen met snode plannen de toekomst om zeep helpen. India dus… Het diepgelovige India is lang niet zo tolerant als het zelf wil geloven, heb ik de indruk. Ze verdragen er meer van hun koeien dan van veel medemensen. VRT-correspondent Tom Van de Weghe vertelde ons vrijdag in Het Journaal nog hoe de koeien in India ziektes verspreiden. Wellicht is dat deels te verklaren doordat veel Indiërs nog geloven dat de uitwerpselen van de dieren kanker kunnen genezen. Jawel, de koeien zijn er heilig. Maar de sikhs die in het Noord-Indische Punjab hun godsdienst trachten te beleven, zijn al jaren massaal aan het emigreren omdat ze in hun geboorteland geen leven hebben. In ons land vind je ze vooral in de fruitpluk in Haspengouw. Ze zijn erg ondernemend en een voorbeeld qua integratie. Hun godsdienst, het sikhisme, is er een die geen onderscheid maakt tussen rang en stand en er op uit is om altijd bij te leren. Zoals zoveel Belgen heb ik het geloof al lang opgegeven, maar mocht ik geloven, dan geloof ik dat ik dat zou willen doen zoals de sikhs het doen. Er lijkt alleen liefde van hun religie uit te gaan. Je zou warempel gaan geloven dat geloof mensen kan verbinden.
Ik schreef ooit een verhaal over de exotische keuken en kwam zo in het heerlijke La Taj in Ieper terecht bij Gurpreet Singh en Hardeep Kaur en zij tilden voor mij een tip van de sluier van het sikhisme op. Alle mannelijke sikhs heten Singh en alle vrouwen heten Kaur. Je zou kunnen zeggen dat ze allemaal broers en zussen zijn. Hoezeer het Indische kastensysteem mensen tegen elkaar opzet, zozeer pleiten de sikhs voor gelijkwaardigheid. Niemand is voor hen meer dan een ander. En dat laten ze je dit weekend voelen in Ieper, waar een duizendtal sikhs drie dagen lang samenkomt om er hun belangrijkste religieuze feest te vieren, de Vaisakhi.
Het was in La Taj dat ik Pargat Singh leerde kennen. Hij had een nachtwinkel in Ieper en baat nu een eigen supermarkt uit in Ledegem. Hij legde me deze week uit dat de sikhs drie dagen lang bidden en feest vieren tijdens die Vaisakhi. Naar aanleiding van die feestdag nodigen ze iedereen uit naar Het Vleeshuis waar ze boven een sikhtempel hebben ingericht om er drie dagen lang, dag en nacht, uit hun grote heilige boek voor te lezen, de Guru Grant Sahib. Beneden is er een Guru ka-Langar, een gemeenschapskeuken bedoeld om alle aanhangers, pelgrims en bezoekers van eten te voorzien. Dat samen eten is een symbool van gelijkheid en broederschap. Moet je echt proberen. De sikhs zijn heel toegankelijke en joviale mensen en hun eten is fenomenaal lekker.
Dat is het voordeel van mijn job: ik heb eigenlijk altijd een excuus om iemand aan te spreken. Waardoor je er al snel achterkomt dat iedereen een verhaal heeft. Niet alleen iedereen, nee alles en iedereen: Iedere steen, iedere bloem, iedere wolk heeft een verhaal. En ieder mens heeft er vele. De ene nog meer dan de andere. En de ene heeft een sterkere drang om zijn verhalen te delen dan de andere. Zo’n wandelend verhalenboek is Alexander Deprez. Nog piepjong maar vervuld van een onhoudbare drang om met de wereld te delen wat hij van de dingen denkt. En dat doet hij op een hoogst originele manier.
Zijn ‘Edelweiss Piraten’ is een film annex toneelstuk en voelt eerst aan als een verzetje. Er wordt gezongen en gelachen. Maar eigenlijk weet je wel dat je wordt meegesleurd in een foute bedoening: je krijgt bij het binnengaan meteen een pin opgespeld die qua vormgeving verdacht veel lijkt op die van regimes die in het verleden weinig goeds hebben aangericht. Het volkje dat er de toeschouwers in de gaten houdt, uitgedost in zwarte uniformen, staat er ook niet om er een vrolijk feestje van te maken. De naam van het stuk is trouwens afgeleid van een jongerenverzetsbeweging die in Nazi-Duitsland actief was. Alexander is de kleinzoon van Bert Verhoye, grondlegger van De Zwarte Komedie, die in de jaren zeventig al zijn pijlen richtte op de rechtse extremisten. Hij gaat ondergronds, zoals het het verzet betaamt. ‘Edelweiss Piraten’ speelt in kleine, alternatieve zaaltjes, waar men openstaat voor een dergelijke kleinschalige productie die met heel bescheiden middelen is gemaakt. Alexander heeft het project grotendeels zelf bekostigd. In al zijn passie en gedrevenheid wist hij bovendien tal van getalenteerde mensen te overtuigen om gratis ende voor niets mee te gaan in het verzet. Waardoor je in de film een Titus De Voogdt als hoofdrolspeler Dees Van Langemarck ziet en ook tal van jonge namen die het hier en daar aan het maken zijn, denk maar aan Valentina Tóth, Lucie Plasschaert, Arne De Tremerie, Jesse Vandamme en Sarah Neutkens. Die laatste is columniste in De Standaard, schrijver, model, muzikante, beeldend kunstenares en ook het lief van Alexander. Ambitie en branie zijn slechts enkele van hun gedeelde eigenschappen.
Deprez is een dwarsligger, geen meeloper, iemand die denkt voor zichzelf. Hij ontwijkt de platgetreden paden. Ook vormelijk. Je moet trouwens ook eens de videoclip zien die hij recent maakte voor ‘House Music’, de nieuwste single van Whorses, een band die even gek is als hij klinkt. Deprez bekijkt de bandleden in de clip door een fish eye lens, diezelfde lens die in ‘Poor Things’ de extreme emotie, verwarring en vervreemding naar het scherm vertaalt. In ‘Edelweiss Piraten’ serveert Alexander Deprez zijn betoog in een reeks sarcastische sketches die nogal wisselend van kwaliteit zijn. Maar de betere momenten zouden niet in ‘De Ideale Wereld’ misstaan en zouden ook daar tot de betere momenten behoren. Ik heb het wel voor Deprez. Voor hem en voor de jonge mensen die samen met hem hun nek uitsteken. Met ‘Edelweis Piraten’ toont hij hoe zij die graag grenzen trekken voor een ander zelf de eersten zijn om over de schreef te gaan. ‘Dag Vreemde Man’ van Ann Christy doopt hij om tot een heerlijke brok satire door het nummer te herschrijven tot een bizarre hymne van zij die immigranten liever uitzwaaien dan ze hen zien komen. Er valt in Alexander Deprez zijn film best veel te lachen om de dreigende toekomst waarin nog weinig te lachen valt. In ‘Civil War’ van Alex Garland is men al in die toekomst beland. Er woedt een bloederige burgeroorlog in Amerika.
Alex Garland sleurt de kijker mee in een lange reeks van brutaliteiten en wreedheden
Dat een burgeroorlog in Amerika niet veraf is, daarvoor is niet eens zoveel fantasie nodig. Er is nu eenmaal niet veel nodig om het immense kruitvat dat Amerika is te laten exploderen. Wat de gevolgen kunnen zijn van zo’n explosie is wat Garland toont vanuit het standpunt van enkele oorlogsreporters, in de eerste plaats een ervaren, maar wat uitgebluste fotografe die vertolkt wordt Kirsten Dunst. Hij toont haar in al haar rauwheid. Eigenlijk is de hele film pure rauwkost. En ook rouwkost. Een Amerikaanse regisseur had Dunst toch even bij een visagiste laten passeren, haar wat glamour of glitter gegund. Niet Garland, de schrijver die deze prent niet alleen geschreven heeft, maar ook geregisseerd. Als we hem mogen geloven, is dit de allerlaatste film die hij gemaakt heeft. Jammer. Garland is een onvervalste auteur. Dat was hij als schrijver, van ‘The Beach’, dat was hij als scenarist van ’28 Days Later’ en ‘Never Let Me Go’, dat was hij ook als regisseur van ‘Ex Machina’ en ‘Annihilation’. Hij sleurt de kijker mee in een onophoudelijke stroom van brutaliteiten en wreedheden. Af en toe laat hij nog een glimp zien van wat ooit een beschaving is geweest. Het strijdperk spaart niemand. Garland kiest geen partij in zijn film. Als kijker is het gissen wie de goeien of de slechten zijn. Die zijn er gewoonweg niet. Mensen verliezen hun menselijkheid in een maatschappij waarin het leven van een mens niet meer waard is dan dat van een hond… of een koe. Het is een wereld die morgen de onze kan zijn.
Er is trouwens geen oorlog nodig om mensen hun waarde te ontnemen. Gewoon het etiket van ‘illegaal’ volstaat. En de illegalen zijn niet de enigen die niet langer deel zijn van de samenleving, waarin we nog weinig samen beleven. Vrijdag vierde Nederland Koningsdag. En mochten alle mensen de koning en zijn gezin vrolijk toezwaaien. Een feestdag ook voor de blikjagers, toonde De Volkskrant. Op een dag dat de massa buitenkomt, worden er veel blikjes weggegooid. En sinds er statiegeld betaald wordt voor lege blikjes zijn er vele duizenden stakkers die de vuilnisbakken induiken op zoek naar blikjes. Het statiegeld zou een manier zijn om de armen te sussen. Een manier om de mensen die we andere geen blik waardig achten, toch eens een blik te gunnen. En ondertussen rijden er louche ondernemers rond die geen deurwaarders aan de deur krijgen ook al moeten ze nog 6,2 miljoen euro aan achterstallige boetes en moeten ze nog vier jaar gevangenisstraf uitzitten. Had de politie Jean-Paul N. (81), oprichter van het Hasseltse reclamebedrijf Publi Belgium, bij een controle niet uit het verkeer geplukt, de man reed nog onbezorgd rond. Nee, ik wil me niet herinneren dat het systeem niet werkt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier