6 op de 10 Vlamingen gaan met plezier uit shoppen
Zo’n 60 procent van de Vlamingen maakt graag tijd vrij om te shoppen. Bovendien combineren we winkelen bijna altijd met een horecabezoek. Handelsfederatie Comeos en zelfstandigenorganisatie Unizo roepen lokale besturen op om een actief beleid rond winkelen te voeren. “Bloeiende handelskernen zorgen nu eenmaal voor bloeiende steden.”
Unizo en Comeos hielden in de aanloop naar het Weekend van de Klant een grootschalige consumentenbevraging. “Uit onze enquête bij meer dan 2.600 klanten blijkt dat we, ondanks de economisch moeilijkere tijden, veel voldoening halen uit winkelen”, zegt Danny Van Assche, gedelegeerd bestuurder van Unizo. “60 procent van de ondervraagden zegt met plezier tijd vrij te maken om te gaan shoppen, voor vier op de tien is winkelen zelfs dé favoriete tijdsbesteding. Het wijdverspreide winkellandschap in ons land komt daar sterk aan tegemoet. Opvallend is ook de combinatie van winkelen met een horecabezoek. Een kwart van de bevraagden zegt bij het shoppen ook altijd een restaurant, brasserie of café te bezoeken en 66 procent geeft aan dat regelmatig te doen. Slechts 9 procent gaat tijdens het shoppen nooit iets eten of drinken. Ook hotels en B&B’s doen voordeel bij al dat shoppingplezier, want vijf procent van de bevraagden zegt soms te overnachten bij het shoppen.” Twee belangrijke factoren bepalen welke winkels we uitkiezen, blijkt nog uit de bevraging. “De helft van de consumenten maakt actief gebruik van Facebook en Instagram om nieuwe fijne winkellocaties te ontdekken”, vervolgt Danny Van Assche. “Daarnaast blijft de traditionele mond-aan-mondreclame belangrijk. 43 procent laat zich leiden door vrienden en familie bij de keuze van een winkel.”
Eerst brunchen, dan shoppen
In Brugge genoten de schoonzussen Suzy Raes en Ulrike Dewitte gisteren met hun dochters van een gezellige shoppingnamiddag. Naar Brugge gaan om te shoppen, voelt een beetje als een citytrip”, vertelt Ulrike. “Ik ben vandaag op zoek naar een nieuw paar schoenen en kledij voor mijn dochter Chloé. Aan online shoppen doe ik niet mee. Ik heb het één keer geprobeerd en dat bloesje paste mij helemaal niet. Het is ook een hele rompslomp om alles terug te sturen. We doen hier altijd meer dan alleen maar winkelen. Een dagje Brugge eindigt steevast met een bezoekje aan een horecazaak op ‘t Zand waar ze goede cocktails hebben.” In de Steenstraat, de bekendste winkelstraat van Brugge, struinen Caroline Remeysen en haar partner Sonny Deschacht langs de etalages. “Ik selecteer vaak kleedjes online, maar ga dan wel in de winkel op zoek naar het model dat ik uitgekozen heb”, vertelt Caroline. “Een namiddagje shoppen met mijn man staat voor mij synoniem voor quality time. We gaan eerst brunchen en duiken dan het centrum in. Dat de historische binnenstad moeilijk bereikbaar is, is een fabeltje.”
Actief beleid
Volgens manager Klaas Soens van Comeos is er ook voor steden en gemeenten een grote rol weggelegd. “Het is belangrijk dat de politieke besturen actief meewerken en waar mogelijk het winkelgebeuren faciliteren. Dat kan door een beleid te voeren rond het wegwerken van winkelleegstand, pop-upstores mogelijk te maken of leegstaande panden op een andere manier in te vullen. In Leuven is men er op die manier in geslaagd om de winkelleegstand terug te dringen van 12 naar 9 procent. Auto’s weren uit het centrum en kiezen voor wandel- of fietsstraten kan de aantrekkelijkheid van een stad verhogen. Je dient er wel voor te zorgen dat bezoekers met de wagen steeds welkom zijn, dat ze hun wagens in parkings kwijt kunnen en vlot het centrum kunnen bereiken, te voet of via shuttlebussen. Winkelstraten in de stadscentra hebben zeker nog een toekomst. Steden moeten er alles aan doen om dat te faciliteren, want bloeiende handelskernen zorgen nu eenmaal ook voor bloeiende steden.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier