Mieke Schauvliege (Groen) trekt ten strijde voor de natuur: “Zuhal Demir is niet ambitieus genoeg”
Natuur en landbouw zorgen al maanden voor verhitte debatten in de politieke wereld en daarbuiten. Dat hoofdrolspeelster Zuhal Demir (N-VA) té groen is, zeggen CD&V en Vlaams Belang in koor. Maar wat vindt Groen daar zelf van, zo vroegen wij ons af. En dus namen we Mieke Schauvliege, de natuurspecialiste van de partij, mee voor een pittige wandeling en dito gesprek in het Drongengoedbos.
Het Drongengoedbos is het grootste bos van Oost-Vlaanderen. Mieke Schauvliege, bio-ingenieur van opleiding en Vlaams parlementslid voor Groen, heeft haar stevige wandelschoenen aangetrokken. “Dit is mijn favoriete plek om te ontspannen”, zegt ze enthousiast. “Het was mijn droom om van dit gebied een Nationaal Park te maken, maar Pieter De Crem ( CD&V-burgemeester van Aalter, red. ) wou daar niet van weten. Hij wou hier liever een legerkazerne neerpoten. Gelukkig hebben we dat – met steun van de inwoners – kunnen tegenhouden.”
Dat de hoge stikstofuitstoot ook hier een bedreiging vormt voor de natuur, gaat ze verder en zo zitten we meteen aan hét hete hangijzer van het moment. Volgende week wil de Vlaamse regering eindelijk landen in het explosieve dossier, waar CD&V en N-VA loodrecht tegenover elkaar staan. De kern van de zaak: de stikstofuitstoot, die vooral afkomstig is van de landbouw, moet naar beneden. Deze heeft immers schadelijke effecten op onze natuur en onze gezondheid. Gebeurt dat niet, dan dreigt ook een vergunningenstop voor onze bedrijven. De rechtbank heeft al vergunningen geschrapt voor bedrijven in kwetsbare gebieden.
Denkt u dat er volgende week een akkoord komt?
“Ik durf dat niet te zeggen. Ik zie twee ministers die zich gedragen als kleuters. Ze maken ruzie en schuiven de hete patat door. Als Jo Brouns ( CD&V, bevoegd voor landbouw, red. ) en Zuhal Demir ( N-VA, bevoegd voor omgeving, red. ) zo verder doen, komt er geen akkoord en dat zou een ramp zijn voor de natuur én de landbouw.”
De plannen van Demir zijn groene waanzin, vinden CD&V en Vlaams Belang. Is dat zo?
“Helemaal niet. De stikstofuitstoot aanpakken, is gezond verstand. Van de 44 types natuur die Vlaanderen wou beschermen, zijn er nog amper 3 in gezonde toestand. We zijn met andere woorden onze natuur aan het vernietigen. Dat is in belangrijke mate het gevolg van de stikstofuitstoot. Maar blijkbaar is dat geen probleem voor CD&V. Waar is de tijd van het rentmeesterschap?”
We zijn onze natuur aan het vernietigen. Maar blijkbaar is dat geen probleem voor CDu0026V
Volgens CD&V-voorzitter Sammy Mahdi zijn we de landbouw aan het wegduwen voor drie bomen met een speciale vleermuis.
( fel ) “Wat een belachelijke uitspraak. Dat is domme praatjes verkopen voor de achterban. Het is door zo’n gedrag dat er geen akkoord komt. En trouwens, dat er overal maar drie bomen staan, is de schuld van zijn partij. CD&V heeft nooit willen meewerken aan grote aaneengesloten natuurgebieden.”
Maar is het eigenlijk zo dat Demir een groen beleid voert?
“Neen. Ten eerste omdat haar straffe verklaringen zelden gevolgd worden door realisaties. En ten tweede, wat stikstof betreft: ze is niet ambitieus genoeg. Ze isoleert één probleem – en misschien lost ze dat op – maar ze vergeet het totaalplaatje. Wat met de ongezonde pesticiden? Wat met de overbemesting? Deze dingen moeten gezamenlijk aangepakt worden. Ze had een globaal plan moeten opstellen dat vertrekt vanuit de vraag: welke landbouw willen we in Vlaanderen? Bovendien wil ze maar kijken tot 2030, wat veel te beperkt is. Het is nog afwachten welke deal op tafel komt, maar de deal die vorig jaar afgesloten werd, kunnen wij alleszins niet goedkeuren.”
Welke landbouw wil u?
“Een familiale landbouw die rekening houdt met de draagkracht van de omgeving en zich richt op de korte keten en niet op export buiten Europa. Ik wil niet te technisch klinken, maar we moeten ook een eiwittransitie maken. Dat betekent meer plantaardige eiwitten en minder dierlijke. Vandaag is de verhouding 60 procent dierlijk en 40 procent plantaardig. Dat moet minstens omgekeerd worden.”
Wat doet u met de veestapel? De regering wil het aantal varkens met 30 procent verminderen tegen 2030.
“Ook dat is niet genoeg. De regering kijkt naar de varkens, omdat in deze sector de meest verouderde stallen zitten, maar ook runderen en kippen stoten stikstof uit. We moeten goed beseffen dat de veestapel het grootste probleem is. Veel vee betekent veel mest, en dus veel stikstof, maar ook veel vuiligheid die in het oppervlaktewater terechtkomt. Het is daarom dat Vlaanderen slecht scoort op vlak van waterkwaliteit. We willen toch allemaal proper water?”
Hoeveel vee zou u overhouden?
“Ik kan daar niet direct een cijfer op kleven. Maar we houden vandaag twee keer meer dieren dan we zelf consumeren. Is dat echt nodig? De export brengt onze boeren amper iets op, hoor. ( op dreef ) En het wordt al helemaal te gek als je weet dat we voor deze dieren voeder importeren van buiten de Europese Unie – soja, bijvoorbeeld. Waar zijn we in hemelsnaam mee bezig? CD&V zegt dat we door de strenge normen niet meer zelfvoorzienend zullen zijn. Dat klopt niet. We zijn vandaag niet zelfvoorzienend, ómdat we inzetten op veeteelt en export.
Eet u vlees?
“Jawel, en graag zelfs. Maar niet te veel. Eén keer per week, denk ik. Ik ga zeker niet zeggen dat iedereen vegetariër moet worden. Als we allemaal een beetje minder vlees eten, zal dat al een groot verschil maken.”
U wil strengere normen, maar wat hebt u de boeren in ruil te bieden? Velen zijn echt wanhopig aan het worden.
“Het Europese landbouwbudget moet anders verdeeld worden. Minder directe steun en vooral méér steun voor boeren die duurzame maatregelen nemen. Dat zou hen écht stimuleren om de transitie te maken.”
Maar het levert de boer geen deftig inkomen op.
“Die subsidie is één ding. Ze zullen maar een deftig inkomen hebben als ze een eerlijke prijs krijgen voor hun producten. Vandaag verdienen ze het zout op de patatten niet, omdat ze plat beconcurreerd worden. Je moet de band tussen consument en producent versterken en inzetten op de korte keten. Ik heb onlangs een landbouwbedrijf in onze regio bezocht, waar de boer zijn producten zelf verkoopt. Die man heeft wél een deftig inkomen. Dat is het model van de toekomst.”
Dat klinkt idyllisch, maar is dat geen utopie in de praktijk? Je kan toch niet verwachten dat elke boer zijn winkeltje opzet, laat staan dat elke burger daar gaat kopen?
( windt zich op ) “Néén, dat is geen utopie. En natuurlijk kan je dat niet vragen aan elke boer. Maar lokale besturen zouden wel een voedselstrategie kunnen uitwerken om die band te versterken. Je zou voedselregio’s kunnen afbakenen, waarbinnen boeren samenwerken om de verkoop te organiseren. Het succes van boerenmarkten bewijst dat de consument wel degelijk belang hecht aan lokale producten.”
Moet u niet vooral meer taksen heffen op producten van buiten de Europese Unie zodat deze duurder worden?
“Uiteraard zullen we die richting moeten uitgaan. Maar dat is niet het eerste wat we moeten doen.”
Kan kweekvlees een gamechanger zijn?
“Dat kan helpen om de eiwittransitie te maken, want kweekvlees is 100 procent plantaardig. Tegelijk houdt het wel een risico in. Het zou wel eens kunnen dat de grote industrie deze ontwikkeling in handen neemt, waardoor de familiale boeren aan de kant geduwd worden. Dan zijn we in hetzelfde bedje ziek. We moeten daarom ook inzetten op andere alternatieven voor vlees.”
Hoe kijkt u naar de rol van de Boerenbond?
“Het is niet gezond dat zij de belangen verdedigt van de boeren en tegelijk zelf een grote speler is in bijvoorbeeld de verkoop van veevoeder. Zij is mee schuldig aan wat fout loopt, maar het is te goedkoop om alleen naar hen te wijzen. Het beleid laat toe dat de Boerenbond doet wat het doet.”
Werkte uw vader niet voor de Boerenbond?
“U hebt uw research goed gedaan. ( lacht ) Ja, en dus ken ik die wereld wel een beetje. Mijn vader is een boerenzoon die liefst van al zelf boer was geworden. Hij had echter de middelen niet en is daarom voor de Boerenbond gaan werken. Hij heeft dat altijd met een groot hart voor de boerenstiel gedaan.”
Bent u familie van voormalig Natuurminister Joke Schauvliege (CD&V)?
“Ik zeg van wel, maar zij zegt van niet. ( lacht ) We zouden wel degelijk van dezelfde stamboom afkomstig zijn, maar het is een heel verre verwantschap. Ik ben de Schauvliege die het klimaat wél wil redden.” ( lacht )
Na de landbouw (56 procent) is het verkeer (26 procent) de grootste uitstoter van stikstof. Zouden ook daar maatregelen genomen moeten worden?
“Natuurlijk. Minder autoverkeer en meer openbaar vervoer: dat is de shift die we moeten maken. Helaas worden op dat vlak te weinig stappen vooruitgezet. In Nederland is de maximumsnelheid op autosnelwegen verlaagd naar honderd kilometer per uur. Dat lijkt mij ook hier een goed idee.”
Dan bent u wellicht niet te spreken over de stijgende ticketprijzen bij de NMBS, waar nochtans een groene minister aan het stuur zit (Georges Gilkinet, Ecolo)?
( wikt haar woorden ) “Georges zit met een zware erfenis uit het verleden. Hij zorgt wel eindelijk voor een langetermijnvisie en extra investeringen.”
Dat is de debatfiche van uw partij. Kan u niet gewoon zeggen dat het openbaar vervoer te duur is om die shift te maken?
“Het gaat niet alleen over de prijs, maar ook over comfort en stiptheid. Maar goed, uiteraard ben ik niet blij met die stijgende prijzen. Ik zou dat liever anders zien.”
We moeten goed beseffen dat de veestapel het grootste probleem is
Wat is vandaag eigenlijk dé uitdaging voor onze natuur? Is dat stikstof?
“De grootste uitdaging is de uitvoering van het Montreal-akkoord dat in december werd gesloten. Dat is een wereldwijd akkoord voor het behoud en herstel van onze biodiversiteit. Tegen 2030 moet 30 procent van onze oppervlakte beschermde natuur zijn. Als dat lukt, dan redden we onze biodiversiteit én geven we elke Vlaming toegang tot natuur, wat goed is voor onze fysieke en mentale gezondheid. Maar ook voor de overige 70 procent moeten we beter zorg dragen.”
Dat wordt opnieuw landbouwgrond inpalmen?
“Het zal uiteraard samenwerking vragen tussen landbouw en natuur. We moeten daar een positief verhaal van maken: de twee hebben elkaar nodig. Landbouw kan niet zonder biodiversiteit. We hebben bijvoorbeeld bijen nodig voor de bestuiving. Maar ook omgekeerd, de boer is een belangrijke beheerder van het landschap. Daar mag meer waardering voor zijn én ook meer middelen. Veel van onze beschermde natuurgebieden hebben trouwens begrazing nodig. We willen daar toch niet overal Galloway-runderen zetten? Laat dat over aan de landbouwer.”
Over biodiversiteit gesproken: volgende week wordt in dit bos op damherten gejaagd in opdracht van de Vlaamse overheid. Wat vindt u daarvan?
( blaast ) “Het is een dubbel verhaal. Een damhert is een exotische diersoort en zou volgens het Agentschap voor Natuur en Bos te veel schade aanrichten. Daarom willen ze de populatie inperken. Ik stel me daar wel vragen bij.”
Bent u voor een totaal jachtverbod?
“Ik zou de recreatieve jacht verbieden. Maar als een populatie voor te veel overlast zorgt en er is geen enkel alternatief, dan moet het eventueel kunnen. Maar die alternatieven zijn volgens mij in deze niet grondig genoeg bekeken. Is er echt geen andere oplossing? Geboortebeperking, bijvoorbeeld? Of de dieren gevangennemen? Dat zijn de vragen die ik ook aan de minister heb gesteld.”
Minister Schauvliege, zou dat klinken?
“Dat is al eens geprobeerd, hè. ( lacht ) Neen, die vraag stelt zich niet. Ik zit wel ontzettend graag in het parlement. Ik heb dus zeker de ambitie voor een tweede termijn. Ik voel echt dat ik hier het verschil kan maken, ook al zit ik in de oppositie.”
U heb naast de stikstofbal ook de PFOS-bal mee aan het rollen gebracht. Wat denkt u dan van collega’s die zeggen dat ze daar weinig kunnen doen?
“Dat begrijp ik niet. Als ik dat gevoel zou hebben, dan stop ik ermee. Maar het idee dat het parlement vol leeggangers zit, is niet correct. De meeste van mijn collega’s werken echt wel keihard.”
Laatste vraag: wat zou u doen als morgen één van uw dochters zegt dat ze boerin wil worden?
“Die kans lijkt me uitermate klein, maar als ze dat zouden willen, dan ga ik dat zeker niet uit hun hoofd praten. De boerenstiel is een mooie stiel. Ik zou hen wel overtuigen om voluit te kiezen voor de landbouw van de toekomst. Wie dat doet, heeft mooie perspectieven.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier