Recordaantal Belgen (niet) bereid om organen af te staan: 468.649 donoren, 216.577 weigeraars
BRUSSEL – Eerst het goede nieuws: een recordaantal Belgen is kandidaat-orgaandonor. Zo’n 468.649 landgenoten zijn bereid om een nier, hart of ander orgaan na hun dood af te staan. Dat is een stijging van bijna 30% ten opzichte van vijf jaar geleden. Dat blijkt uit recente gegevens van het Nationaal Register voor Orgaandonatie. Maar ook het aantal mensen dat bewust niét openstaat voor donatie van organen staat met 216.577 registraties op recordhoogte.
Dat er nooit eerder zoveel mensen waren die orgaandonatie weigeren, is slecht nieuws voor de 1.500 mensen die momenteel op een orgaan wachten. Eén overledene kan immers tot acht mensenlevens redden en de kwaliteit van leven van 50 mensen verbeteren. Een neen betekent dus dat mogelijk mensen sterven die anders een tweede leven was gegund. “In ons land gebeuren er jaarlijks zo’n 1.000 transplantaties”, zegt Luc Colenbie, expert transplantaties bij de FOD Volksgezondheid. “De vraag naar organen blijft echter groter dan het aanbod. We proberen zoveel mogelijk mensen te helpen, maar je moet weten dat zij die wachten op vitale organen – dan spreek ik over hart, lever en longen – sterven als ze niet geholpen worden. Er zijn 400 à 500 mensen die wachten op een nier, voor het hart en de longen zijn dat er een 100-tal en voor de lever om en bij de 200. De wachtlijsten voor de vitale organen zijn kleiner, omdat verschillende wachtenden sterven voor er een orgaan beschikbaar is.”
Complex proces
Dat de wachtlijsten niet of nauwelijks inkorten, heeft onder meer te maken met het feit dat alsmaar meer mensen weigerachtig staan tegenover transplantatie. Eigenlijk is iedereen die in België woont volgens de wet een potentiële donor, maar geef je op het donorregister aan dat je niet bereid bent je organen bij hersendood af te staan, dan zal dat ook niet gebeuren. Eigenlijk is het hele proces van orgaantransplantatie heel complex. “Mensen die thuis overlijden, medisch niet geschikt zijn, op straat of in een rusthuis overlijden, komen niet in aanmerking”, legt Luc Colenbie uit.
De wachtlijsten voor de vitale organen zijn kleiner, omdat verschillende wachtenden sterven voor er een orgaan beschikbaar is”- Luc Colenbie, expert orgaandonatie
“Voor donorschap moet je eigenlijk op een kritieke dienst liggen en moet de hersendood vastgesteld worden. Dat betekent dat de hersenen zijn afgestorven, maar dat het hart wel nog pompt en dat er dus nog bloedcirculatie is. Als de hersendood door drie artsen is vastgesteld, gaan we kijken of die persoon al dan niet in aanmerking komt als orgaandonor en volgt er een gesprek met de familie. In België zien we dat 15% van de nabestaanden het donorschap weigert. Als de overledene zich als positief heeft geregistreerd, dan is het gesprek eenvoudiger en kunnen we de familie melden dat hun dierbare heeft aangegeven dat hij of zij positief stond tegenover orgaandonatie. De meeste donoren zijn mensen die niet geregistreerd zijn. Daarom is het dus heel belangrijk dat je je laat registreren. Zo hoeft de familie niet over je organen te beslissen op een heel emotioneel moment. Sommigen relateren hun weigering ook aan hun geloofsovertuiging. Zo kom je dus aan 15% weigeringen en aan wachtlijsten die niet inkorten.”
Sterkere organen
Er zijn organen te kort, maar gelukkig blijft de medische wereld ook niet bij de pakken zitten. “Vroeger waren de donoren meestal verkeersslachtoffers. Nu vallen er gelukkig minder doden in het verkeer en zien we vooral veel mensen die slachtoffer geworden zijn van een hersenbloeding. Door de hogere leeftijd van de donoren wordt de kwaliteitscontrole van de organen belangrijker. Organen van oudere donoren plaatsen we nu op een perfusiemachine, om de kwaliteit na te kijken en de afvalstoffen eruit te verwijderen. Voor de nieren gebeuren er meer levende donaties, en bij mensen met hartproblemen kan er een kunsthart worden ingeplant in afwachting van een transplantatie. Mijn doel in het leven is mensen helpen”, aldus Colenbie nog. “Ze zeggen altijd: je leeft maar één keer. Maar dat is niet waar. Je gaat maar één keer dood en je leeft alle dagen.”
Lennert Cools (25) was negen maanden oud toen hij een nieuwe lever kreeg. “Ik ben geboren zonder galwegen waardoor ik mezelf vergiftigde. Toen ik gedoopt werd in de kapel van het ziekenhuis, was ik helemaal blauw. In het ziekenhuis in Torhout zei men ‘God zal het wel oplossen’, maar daar hadden mijn ouders gelukkig niet zo veel vertrouwen in. (lacht) Gelukkig zijn ze vrij snel in het UZ terechtgekomen, daar hebben ze meteen aan de alarmbel getrokken. Die eerste maanden heb ik heel vaak in het ziekenhuis verbleven. Een heel moeilijke periode voor mijn ouders die nog drie andere kinderen hadden. Er volgden constant kleine ingrepen. Tot er dan plotseling toch een donor was.”
Nu leidt Lennert een heel normaal leven. “Ze noemen mij het paradepaardje van de getransplanteerden. In al die jaren heb ik geen enkel afstotingsverschijnsel gehad. Ik ben echt kerngezond. Terwijl ik ook medicatie neem tegen afstotingsverschijnselen wat mijn immuunsysteem ook wel een beetje verzwakt. Ik functioneer perfect en kan alles doen. Ik ben licht- en geluidstechnicus, toer rond met allerlei bands, ik heb een eigen muziekschool en ik geniet volop. Ook omdat ik weet dat ik een nieuw leven heb gekregen. Zonder die donor was ik al gestorven.”
Of hij begrip heeft voor de steeds groter wordende groep die weigert organen te doneren? “Ik begrijp die mensen tot op een zekere niveau. Het is voor veel mensen de ver-van-mijn-bedshow. Als mensen nog niet geregistreerd staan als donor, is het meestal omdat ze daar niet bij stilstaan. De reden dat er veel geweigerd wordt, is omdat de familie vaak pas de vraag krijgt vlak na het overlijden van hun dierbare, wanneer de emoties erg hoog zijn.”
Ben ik orgaandonor of niet?
Ja! Elke meerderjarige Belg is een potentiële donor, tenzij hij tijdens zijn leven formeel verzet heeft aangetekend. Formeel verzet is een registratie in het nationaal register dat er een weigering is tot orgaandonatie. Sinds 1 juli 2020 kan je zelf jouw keuze laten registreren.
Wanneer jouw keuze niet werd geregistreerd en de familie zich verzet, kunnen de artsen dit verzet respecteren, maar het evengoed ook naast zich neerleggen.
Je kan je wilsverklaring laten registreren in het gemeentehuis, je kan het je huisarts laten doen of je kan het online doen via www.mijngezondheid.be.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier