Directeur redactie Pascal Kerkhove: “Wie stopt op de grens tussen praten en zwijgen, laat de ander in de steek. Ik wil spreken, want elke liefde verdient beter dan valse haat.”
Goeiemorgen,
Elke columnist kent het belang van een goeie openingszin. Soms zit die al op maandag in mijn hoofd, soms is het op zaterdag lang zoeken en heel soms lacht die mij onverwacht tegemoet. “Je gaat nog eens te laat komen om te laat te zijn”, zei mijn echtgenote gisterochtend droog nadat ik alweer eens de chauffage in de badkamer te laat had aangezet. Het mag dan niet altijd aangenaam zijn, als mens is het goed om af en toe eens op je donder te krijgen. Ze heeft overigens vaak gelijk mijn echtgenote, als het over mij gaat. Dus al geef ik het even vaak niet meteen toe, ik luister en neem mee. Zonder oprechte en terechte kritiek, geen groei.
Het is een levensles waar we in de journalistiek te vaak tegen zondigen. Van voetbaltrainer, viroloog tot eerste minister, allemaal krijgen ze vanuit de journalistiek geregeld te horen of te lezen hoe het anders kan en vooral veel beter moet. Niet zelden volgt dat oordeel na de feiten en helaas nog vaker voelen we ons daarbij niet gehinderd door veel kennis van zaken. Maar ach, als bewakers en behoeders van de democratie zijn we de vijfde én noodzakelijke macht, toch? Het is een klassieke valkuil: wie noodzakelijk is, flirt graag met een gevoel van onaantastbaarheid. En wie glorieus danst op die gevaarlijke grens eindigt altijd alleen. Mij lijkt het dan ook aangewezen om in de journalistiek geregeld een ‘Statler en Waldorfke’ te doen.
Een wie te doen? Voor wie onbekend is met het duo grijsaards uit de legendarische Muppet Show, tik even die namen in op Google en geniet. Vanop hun balkon geven ze grappige en snedige commentaar op de eigen show. Van wonderbaarlijk en briljant tot verderfelijk en beschamend in tien seconden, of omgekeerd. Ik denk aan de woorden van mijn echtgenote en wil niet wachten tot mijn plaats op het balkon is gereserveerd.
Een week geleden werd in Beveren het lichaam gevonden van David P., een man van 42. Op maandag was dit de eerste zin op de voorpagina van een grote krant: ‘De man die dood werd aangetroffen, is het slachtoffer geworden van gaybashing.’ In diezelfde krant was dit gisteren en vijf dagen later de eerste zin: ‘Is de moord op David P. ingegeven door homohaat? Op deze vraag is voorlopig nog geen antwoord.’ Elke journalistieke vezel in mij zegt dat dit omgekeerd moet. Iedereen zwijgt. Ik denk dat het goed is te praten, zoals journalisten dat altijd verwachten van anderen.
Gisteren werd in Beveren sereen (zonder naam of foto) de zinloze dood van David P. herdacht. En ja, het is ook noodzakelijk te blijven praten over de toenemende vijandigheid waarmee de LGBTQ-gemeenschap wordt geconfronteerd als ze liefde voelen en die liefde willen tonen. We leven in 2021, maar elke dag nog worden ze bespot, beschimpt, bespuwd of aangevallen. En nee, dat gebeurt niet alleen in Rusland, Oeganda of China maar ook in vele straten, wijken of parken van Brussel, Gent, Antwerpen of… Beveren. In een al even verrassende als explosieve mix van rechts politiek extremisme en goedkoop gedweep met Allah of een andere god, vinden veel te veel (jonge) mannen een alibi om homoseksuele mannen, vrouwen en transgenders verbaal of fysiek te lijf te gaan.
Het is goed te weten dat onze overheid dit criminele gedrag almaar strenger bestraft. Het is goed te weten dat aangevallen mensen hun stem laten horen en steeds vaker de weg naar (politionele) hulp vinden. Het is nog beter als iedereen spreekt, bij momenten op gevaar van eigen lijf en leden.
Ik wil het graag kunnen, doen en durven. Wie stopt op die grens tussen praten en zwijgen, laat de ander in de steek. En alleen.
Elke columnist kent het belang van een goeie slotzin. Ik denk, twijfel, zoek en durf.
Elke liefde verdient beter dan valse haat.
Maak er een fijne zondag van.
Reageren? Pascal.kerkhove@roularta.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier