Een pluim voor Raoul Hedebouw (PVDA): “Hij zorgt voor kleur in het parlement”
De Zondag trekt ten strijde tegen de verzuring en reikt daarom elke week een pluim uit. Niet zagen, maar liefde vragen. Of toch zoiets. De pluim van deze week is voor Raoul Hedebouw (PVDA).
Anderhalf jaar geleden had ik een boeiend interview met hem. Niet in het statige Huis der Parlementsleden langs de Leuvenseweg zoals met de meeste anderen. Maar in een volks cafeetje in de buurt. Koffietje drinken onder de mensen. “Ik wil niet opgeslorpt worden in de ivoren toren die het parlement is”, zei hij me. “Veel parlementsleden hebben dat: zij raken de voeling met de mensen kwijt.” Bij binnenkomst groet hij iedereen. In het Frans, in het Nederlands, geen probleem voor Raoul. Moeder is Limburgse, vader West-Vlaming, hijzelf woont in Luik.
Vriend en vijand zijn het erover eens dat Raoul Hedebouw een stevige aanwinst is in het parlement. Het was dertig jaar geleden dat er nog communisten/marxisten in het halfrond zaten. Vandaag zijn ze met twee. En zeker Raoul heeft snel zijn stempel gedrukt. Onbevangen vooraan op de bühne, orerend recht uit het hart, een eigenschap die al te veel politici mankeren. Zonder schroom. Een inloopperiode was niet aan hem besteed. Vorige week hield hij voor de zoveelste keer zijn collega’s een pijnlijke spiegel voor. Het debat over de pensioenen voor parlementsleden. “Blijkbaar moet één categorie van de bevolking niet langer werken.” En met resultaat. Vandaag wordt er naarstig werk gemaakt van een aanpassing van dat statuut.
Hedebouw zorgt voor kleur in het parlement. En bewust. “Politiek hoeft niet saai te zijn, ik vind het zelfs een vorm van artistiek”, zei hij me. “Moest iedereen spreken zoals Kris Peeters, de mensen zouden in slaap vallen.” Ik hou ervan, van zijn stijl. Een aanwinst, die man. Vandaar zijn pluim. Van harte!
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier