Het fenomeen Fouad Ahidar, een moslimextremist of een ouderwetse socialist? “Conner denkt dat hij God is. Dat hij alles kan en weet”
Fouad Ahidar. Enfant terrible in Brussel, maar ook stemmenkampioen. Wellicht toekomstig minister. Na zijn triomftocht op 9 juni wil hij nu ook Gent en Antwerpen veroveren. Wie is dit fenomeen waar andere partijen voor bibberen? Een moslimextremist of een ouderwetse socialist? Dringend tijd om de man zelf op de rooster te leggen – onverdoofd uiteraard. Een gesprek zonder taboes.
Team Fouad Ahidar was een van de grote winnaars van 9 juni. De nieuwbakken partij behaalde – schijnbaar vanuit het niets – één zetel in het Vlaams parlement en drie in het Brussels halfrond. Vandaag is kopman Fouad Ahidar, tot eind vorig jaar nog lid van Vooruit, zelfs aan zet om een Brusselse regering te vormen. De begroeting is hartelijk. “Enchanté, mon pote.” De man gaat zitten en rekt zijn bretellen uit. “Plots wil iedereen mij spreken”, lacht hij.
Hoe verklaart u zelf uw succes?
“Dat is nabijheid. De mensen in Brussel kennen mij. Ik doe alles met de fiets, zodat ze mij altijd kunnen aanspreken. Wie vragen heeft, ga ik proberen te helpen. Ik ben maatschappelijk assistent van opleiding en ik ben dat altijd gebleven. Klinkt dat als een ouderwetse socialist? Dat is geen verkeerd woord. Zolang je maar correct handelt. Nu, ik ben geen nieuwkomer, hè. Ik zit al twintig jaar in dit parlement. Ik heb altijd veel stemmen gehaald.”
Toch wil amper iemand met u samenwerken. Volgens Conner Rousseau (Vooruit) bent u een moslimpartij. Is dat zo?
(feller) “Waarom zou het? Omdat Conner het zegt? Hij denkt dat hij God is. Dat hij alles kan en weet. Ik kan u trouwens een sms van hem tonen waarin hij zegt dat wij geen moslimpartij zijn. (slaat op tafel) Deze karikatuur moet écht stoppen. Ik ben het beu. Wij zijn een Belgische partij met heel diverse lijsten. Er zijn moslims die voor ons stemmen, maar ook niet-moslims. Wij praten over alle thema’s die belangrijk zijn voor de mensen. Over koopkracht, huisvesting, pesten en ook over religie, ja. Maar dat ik een hoofddoek wil toelaten achter het loket, maakt van mij geen moslimpartij.”
Guy Vanhengel (Open VLD) zei zelfs dat u de sharia wou invoeren.
(zucht) “Zijn partijgenoot Mathias De Clercq laat in Gent ook hoofddoeken toe! Wil hij dan ook de sharia invoeren? Dat is pure framing. Ze zijn bang van ons. Daarom zeggen ze zulke dingen. De VLD weet dat ze uit de regering gaat vliegen. Mijn programma telt 122 punten. Eén daarvan gaat over vrijheid van godsdienst. Weet je waar ik vooral mee bezig ben? Met huisvesting en de strijd tegen pesten. Maar daar vraagt niemand iets over. Pesten ligt mij na aan het hart.”
Omdat u zelf gepest werd?
(knikt) “Van mijn zesde tot mijn twaalfde. Elke dag. Wij waren net verhuisd van Mechelen naar Brussel. (stil) Ik kan uit het hoofd zeggen wanneer tien minuten voorbij zijn. Weet je waarom? Omdat dat de duur van de speeltijd was. (zichtbaar aangedaan) Elke dag werd ik gepest. Uitgescholden. Vastgepakt. Geslagen.”
Zeiden de pesters waarom?
“Neen. Misschien omdat ik wat dikker was? Of omdat ik Nederlands sprak? Ik zat immers in het Franstalig onderwijs. Het is 45 jaar geleden, maar ik voel de pijn nog altijd. (stil) Die vreselijke periode was wel de drijfveer om te doen wat ik vandaag doe: opkomen voor andere mensen. Toen ik vorig jaar ontslag nam bij Vooruit, heb ik getwijfeld. Ik heb mijn vrouw, een Gentse trouwens, gevraagd: Zou je voor mij stemmen als ik een nieuwe partij opricht? Ze zei van ja. Mijn kinderen ook. En kennissen. Zelfs de bakker. Dan weet je dat je verder moet doen.”
In welk gezin bent u geboren?
“Een gewoon gezin. Politiek was geen thema. Mijn grootvader is in 1964 van Marokko naar hier verhuisd. Mijn vader heeft altijd in de fabriek gewerkt. Mijn moeder was huisvrouw. Zij heeft acht kinderen opgevoed, die vandaag allemaal werken en belastingen betalen. Zij verdient een dubbele medaille. Ik ben op mijn veertiende beginnen te werken – op de markt van de Midi.”
Later werd u straathoekwerker in Molenbeek. Wat hebt u daar geleerd?
“Dat er veel miserie is. Wij hadden vaak confrontaties met politie en rijkswacht. Waarom? Omdat wij voortdurend gecontroleerd werden. Ik had voor de grap een badge gemaakt met déjà contrôlé op. (lacht) Brussel was toen een soort van labo voor de politie. Van over het hele land kwamen agenten hier drie maanden werken, waarna ze weer vertrokken naar hun thuisbasis. Op die manier kan je geen band opbouwen. Vandaag is dat iets beter, maar nog altijd worden mensen eruit gepikt op basis van hun uiterlijk. Als je wil dat jongeren de politie respecteren, moet de politie ook hen respecteren. Het moet van twee kanten komen.”
“Het diaboliseren moet écht stoppen. Wat ik de voorbije maanden heb moeten verdragen, is bijna te veel voor een mens”
Wat weinig mensen weten: u was ooit partijgenoot van Bart De Wever.
(lacht luid) “Wij hebben inderdaad nog samen vergaderd. Ik was lid van de beweging ID21 en wij dienden gezamenlijke lijsten in met de VU. Vandaar. Al was ik nooit lid van de VU. Het contact met Bart De Wever was en is trouwens altijd heel aangenaam. Het is Vic Anciaux die mij in de politiek haalde. Ik was directeur van Centrum West in Molenbeek toen wij eens een akkefietje hadden met elkaar. Blijkbaar had ik indruk gemaakt, want even later belde zijn medewerker met de vraag of ik in de politiek wou stappen. (lacht) Vervolgens ben ik op het kabinet van Bert Anciaux beland. Ik ben Bert altijd gevolgd: van Spirit tot Vooruit.”
Tot december vorig jaar. Waarom hebt u toen gebroken met Vooruit?
“Omdat het niet meer ging. Dat is begonnen toen Conner voorzitter werd. Het was altijd iets. Eerst die uitspraken over Molenbeek. Dat hij zich daar niet in België voelt. (windt zich op) Waarom zegt hij dat niet over Antwerpen en Gent? Daar zijn er ook wijken met veel diversiteit. Hij wou gewoon provoceren. Dan die discussie over onverdoofd slachten. (benadrukt) De partij wist hoe ik zou stemmen en was daarmee akkoord. Toch vloog ik uit het partijbestuur. En dan zijn racisme in Sint-Niklaas.”
U sprak over moreel verval van de partijtop.
(knikt) “Gelukkig deed hij ook seksistische uitspraken, of hij was gewoon aangebleven. Het racisme was blijkbaar geen probleem voor de partij. Vooruit heeft de strijd tegen racisme opgegeven. Dat is heel spijtig.”
U bent geen moslimpartij, zegt u, maar dat u vóór onverdoofd slachten van dieren bent, is toch een religieus standpunt?
“Dat is religieus geïnspireerd, maar het is ook onderbouwd. Wij hebben twee neurologen uitgenodigd in het parlement. Zij wisten te vertellen dat het mes op de keel de snelste en minst pijnlijke manier is. Dat is hoe wij het doen binnen onze religie. Ook de Vlamingen deden het vroeger zo met hun konijnen, hoor. Wat je wel moet vermijden, is dat dieren het bloed van andere dieren zien.”
Elke expert zal u vertellen dat verdoofd slachten de meest diervriendelijke manier is. Dat moet u toch kunnen toegeven?
(windt zich op) “Er is daar geen consensus over. Ik ben ervan overtuigd dat een dier meer lijdt als het eerst verdoofd wordt door een elektroshock. Dat is mijn standpunt. U mag een ander standpunt hebben. Trouwens: de meerderheid van het parlement heeft gestemd zoals ik. Dat zijn dus niet alleen moslims, hè.”
Een ander heikel thema is de hoofddoek. Mag van u iedereen een hoofddoek dragen op school – leerlingen en leerkrachten?
“Ja. Iedereen is vrij om te dragen wat hij wil. Wij zouden dat toelaten vanaf 16 jaar. Wat telt, is wat in het hoofd zit, niet wat op het hoofd staat.”
Wat met meisjes die daartoe gedwongen worden?
“Dat moet je natuurlijk vermijden. Maar je gaat toch niet iedereen straffen omdat sommige ouders dat verplichten? Twintig procent van de getrouwde vrouwen is slachtoffer van mishandeling. Gaan we daarom het huwelijk verbieden? Idem aan de loketten. Waarom zou je daar geen hoofddoek of kruisje mogen dragen? Het is niet dat de ambtenaar kan beslissen wie geholpen wordt en wie niet. De ambtenaar moet de wet volgen en iedereen gelijk behandelen.”
Mag iemand aan het loket zitten met een T-shirt van Israël?
(zucht) “Als dat is om te provoceren: néén. Een hoofddoek of een keppel is echter niet om te provoceren, maar is deel van iemands identiteit. Waarom zou je dat willen afnemen? Wat telt, is de kwaliteit van de dienstverlening. (fel) Ben ik daarom een moslimpartij?”
Bent u voor de scheiding tussen religie en staat?
“Ja, maar in de feiten bestaat die scheiding niet. De politiek bemoeit zich met alles, zelfs met welke kledij iemand mag dragen. Ik vind dat de politiek vooral moet garanderen dat alle mensen vrij zijn om te geloven in wat ze willen.”
“Bouchez en Francken mogen blijkbaar alles zeggen over Israël. Omdat dat ‘echte’ Belgen zijn, zeker?”
Wat is de ideologische basis van uw partij?
“Vooral links-liberaal. Je kan het misschien zelfs vergelijken met Spirit. Dat project kwam eigenlijk twintig jaar te vroeg. Misschien hebben we Spirit iets te snel begraven. Ik ga u iets bekennen: ik heb met het idee gespeeld om die naam te gebruiken, maar dat blijkt niet evident te zijn. Het is wel de bedoeling dat we na 13 oktober een nieuwe naam zoeken. De partij is meer dan Fouad Ahidar.”
Hoe kijkt u naar holebirechten?
“Geen probleem mee. Lees ons programma. Iedereen moet de vrijheid hebben om te zijn wie hij of zij wil. Wil een jongen een meisje worden? Laat dat dan vooral over aan pedagogen en andere specialisten. Ik ga niet zeggen of dat goed is of niet goed, want ik ben geen specialist. Ik wil vooral dat iedereen zich goed voelt.”
Vlaams Belang verzet zich tegen wat zij de ‘gendergekte’ noemen. Conservatieve moslims staan vaak op dezelfde lijn. Schrikt u van die alliantie?
(kortaf) “Ik zie die alliantie niet.”
Iets anders. Dat u de terreur van Hamas minimaliseerde, was wel koren op de molen van uw tegenstanders.
(geprikkeld) “Ik heb me daarvoor al geëxcuseerd. Eén keer. Twee keer. Drie keer. (slaat op tafel) We zijn intussen een jaar later. Er zijn weeral duizenden Palestijnen vermoord. Kinderen ook. Maar iedereen blijft op zijn achterste poten staan over die ene verkeerde zin. Wat ik wou zeggen, is: Israël heeft zélf gezaaid wat er daar gebeurd is. Al 75 jaar lang pakt Israël Palestijnse grond af, moorden zij Palestijnse moeders en vaders uit. Duizenden en duizenden doden. Moet je dan verbaasd zijn als Hamas reageert? (stil) Ik veroordeel elke vorm van geweld. Elke dode is een dode te veel. Maar dat de Palestijnen reageren, heeft Israël zelf gezocht.”
Heeft Israël dan ook het recht om Hamas en Hezbollah te vernietigen?
“Neen. Er moet een tweestatenoplossing komen. Dat is de enige manier. De verschillende partijen moeten met elkaar aan tafel gaan. Ja, ook met Hamas, want dat is de politieke leider van Gaza. Intussen moeten wij, België, Palestina erkennen als onafhankelijk land. Want zolang dat niet gebeurt, zal Israël verderdoen. Mensen zoals Bouchez (MR) en Francken (N-VA) vinden dat allemaal geniaal. Zij mogen blijkbaar alles zeggen. (zucht) Omdat dat echte Belgen zijn, zeker?”
Dat klinkt verbitterd.
“Wat ik de voorbije maanden heb moeten verdragen, is bijna te veel voor een mens. (windt zich op) Ik word beschuldigd van alles en nog wat. Ik doe nochtans al twintig jaar aan politiek en ik ben nog geen jota veranderd. Ik ben vijf jaar ondervoorzitter geweest van dit parlement, verkozen door mijn collega’s. Dat zijn niet allemaal moslims, hè. Ga eens mee naar het parlement. Je zal zien dat ik daar van iedereen een kus en een knuffel krijg. Zouden ze dat ook doen als ik een extremist ben? Het diaboliseren moet écht stoppen. Gelukkig voel ik veel steun onder de mensen.”
Dat staat genoteerd. Op 13 oktober komt u ook op in grote steden zoals Gent en Antwerpen. Wat is daar uw ambitie?
“Wij willen incontournable worden bij de vorming van de nieuwe besturen. In Antwerpen mikken we daarom op acht à tien zetels, in Gent op zes zetels. Dat is ambitieus, maar zo zit ik in elkaar. Ik heb er vertrouwen in dat de mensen ook daar de weg naar mijn partij zullen vinden.”
Laatste ding. De Vlaamse regering is er bijna. Wanneer volgt Brussel?
“Het is geen geheim dat ik hoop op een Nederlandstalige coalitie met Groen en Vooruit. Maar ik vrees dat het niet zal lukken voor 13 oktober. Er worden te veel spelletjes gespeeld, omdat er verkiezingen aankomen. Maar als wij met zijn drieën een akkoord vinden, dan moeten de Franstaligen dat aanvaarden. Dat is de traditie hier.”
Minister Ahidar, zou dat goed klinken?
(lacht) “Volgens mij wel. Maar dat is geen must voor mij. Als de andere partijen echt een probleem hebben met mijn persoon, dan maak ik graag plaats voor iemand anders. Wij hebben veel kwalitatieve mensen in onze partij.”
Fouad Ahidar
Geboren op 13 oktober 1973 in Mechelen.
Woont met zijn vrouw in Jette. Vader van vijf kinderen.
Maatschappelijk assistent van opleiding.
Was acht jaar jeugd- en buurtwerker in Molenbeek.
Brussels parlementslid van 2004 tot vandaag.
Stapt eind 2023 uit Vooruit en richt de partij Team Fouad Ahidar op.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier