Otto-Jan Ham start aan nieuw seizoen van ‘Campus cup’: “Ik hoop dat dit een klassieker wordt”

In dit bijzonder vreemde academiejaar is er tenminste nog één zekerheid voor studenten: Otto-Jan Ham en zijn ‘Campus cup’. Vanaf morgenavond laat de quizmaster opnieuw 34 ploegen van Vlaamse hogescholen en universiteiten tegen elkaar strijden voor de grootste onderscheiding.

De Campus cup leek goed op weg op een echte Canvas-klassieker te worden, maar grote broer Eén kaapte de quiz. Leuk nieuws voor presentator en quizmaster Otto-Jan Ham, die het nu voor een veel breder publiek mag proberen. “Je praat nu ook met een Eén-gezicht”, lacht Otto-Jan. “Ineens hoor ik bij toppers als Danira Boukhriss en Sven de Leijer. Maar even serieus: voor ons was dit een even grote verrassing als voor jullie. Sterker nog, wij waren al begonnen aan de opnames in de veronderstelling dat het voor Canvas was. Ineens bereikte het nieuws ons dat we de Campus cup voor Eén mochten maken. Ik ben Canvas zeer genegen, maar als je de kans krijgt om zoveel meer mensen te bereiken, dan moet je die nemen. Ik ben hier dus heel blij mee.”

Een derde ‘Campus cup’ inmiddels. Op weg om een tv-klassieker te worden?

“Ik hoop dat dit een klassieker wordt. Ik zou het echt geweldig vinden als de Campus cup zou kunnen uitgroeien tot een nieuwe De Canvascrack of Blokken , of iets ertussenin. We zitten natuurlijk wel nog maar aan seizoen 3, dus het is nog wat vroeg om victorie te kraaien. Maar ik zou het in ieder geval heel tof vinden mocht dit een of ander instituut op tv worden.”

Het was een zeer vreemd academiejaar. Merk je daar iets van bij de studenten?

“In de Campus cup heb je altijd verschillende soorten teams. Je hebt de teams die al jarenlang samen studeren, maar er zijn ook heel verse teams vol eerstejaarsstudenten en bachelors. Daar zie je nu dat ze elkaar pas voor het eerst in levenden lijve tegenkomen in de studio. Dat is dus de impact van corona. Iedereen was in ieder geval heel blij en opgelucht om nog eens buiten te mogen en om elkaar weer te zien.”

Had corona niet te veel impact op de quiz?

“Dat valt eigenlijk wel mee. We werken nu met plexiglas schermen tussen de kandidaten, wat eigenlijk niet te onderschatten valt. Het maakt het een stuk lastiger om te fluisteren. Maar het grootste verschil met vorige jaren is het ontbreken van publiek. Op zich heeft zo’n quiz geen publiek nodig, maar ik vond dat altijd wel heel aangenaam. Je voelt die leegte in de studio. Voor de kwartfinales, halve finales en finale – die nog moeten opgenomen worden – gaan we wel bekijken of we toch geen bubbels kunnen toelaten. Die gasten verdienen een publiek.”

Een quiz presenteren is niet zo eenvoudig. Heb je zelf het gevoel dat je na drie jaar gegroeid bent in die rol?

“Ik ben er zeker in gegroeid, maar heb het nog niet helemaal in de vingers. Gelukkig maar, dan zit er nog wat rek op. Ik zat laatst wel te denken dat een quiz presenteren een van de leukste dingen op tv is om te doen. Ik heb een nogal diverse job, maar in deze quiz heb ik één goed omlijnde taak. Dat is ook wel eens prettig. Ik denk wel dat ik er steeds beter in word, maar ik vind het ook steeds leuker. Ik kan nu echt niet meer geloven dat ik ooit neergekeken heb op het quizmasterschap of dacht dat het niks voor mij zou zijn. Ik begin steeds meer te begrijpen waarom Ben Crabbé al zeventig jaar Blokken presenteert.”

Waar ben je nog mee bezig? Komt er bijvoorbeeld nog een vervolg op je gigantisch succesvolle docu ‘Hi My Name Is Jonny Polonsky’?

“Momenteel ben ik daar nog niet mee bezig. Er is wel een vaag plan, maar tussen droom en daad staan wetten en praktische bezwaren. Voorlopig staat het dus ‘on hold’, wat best jammer is omdat ik er zo van genoten heb om die documentaire te maken. De reacties erop waren overweldigend. Ik snak er dus wel naar om ooit een vervolg te maken. Stiekem hoop ik dat de docu eerst nog een internationaal staartje krijgt. Het zou fantastisch zijn als die film een tweede leven krijgt en niet ligt te beschimmelen in de krochten van VRT NU. Ik ben heel benieuwd of dit een film is waar iets van overblijft als de kijker mij niet kent. Het ultieme bewijs daarvan zou zijn als hij in Nederland vertoond wordt. Of in Amerika. Polonski zelf zou dat ook geweldig vinden.”

‘Campus cup’, vanaf 26 april van maandag tot en met donderdag rond 21.45 uur op Eén.