Ontbijtbabbel met actrice Joke Emmers: “Negatieve reacties raken me”

Het nieuwe jaar begint uitstekend voor actrice Joke Emmers. In LEEF , de minireeks die komende week op Eén wordt uitgezonden, speelt de sympathieke Limburgse de (opmerkelijke) hoofdrol. De eerste hoofdrol in haar carrière trouwens. “Ik voelde me vereerd toen ik gevraagd werd, maar nu vind ik het best eng: vindt het publiek dit ook goed?”

Toen corona vorig jaar uitbrak en de hele tv-wereld op z’n gat lag, probeerde Eén het vuur aan de lont te steken door in één klap vier gloednieuwe fictiereeksen van eigen bodem te bestellen. Mini-fictiereeksen van telkens vier afleveringen, geheel coronaproof gedraaid, met kleine cast, crew en set. Zo kon je afgelopen week naar het uitstekende We moeten eens praten kijken, met Clara Cleymans en Rik Verheye in de hoofdrol. Vanaf morgen is het de beurt aan Joke Emmers en Michaël Pas, die in de komische dramareeks LEEF te bewonderen zijn.

Je speelt Anja, een frivole dertiger die in een funerarium werkt maar hardop – en erg levendig – droomt van haar eigen beautysalon.

Dat is een uitstekende samenvatting, ja. Zonder te veel te verklappen: LEEF draait rond Anja, die vastgeroest is in de routine van haar job. In haar fantasie heeft ze haar eigen beautysalon, in realiteit maakt ze overledenen klaar voor opbaring in een funerarium. Anja is een uitsteller en komt er niet toe om haar dromen te waar te maken. Gelukkig geven haar ‘klanten’ haar zo nu en dan een zetje in de rug. Dat concept vond ik zo leuk: lijken die plots tegen haar beginnen te praten. LEEF is een reeks over willen-willen-willen, maar vergeten stil te staan bij wat je hebt en kunt. Dat is trouwens net wat corona voor mij betekend heeft: ik heb heel erg nagedacht over wat ik wel nog heb en wat ik nog wil.

De minireeksen die Eén besteld heeft, zijn kort en krachtig, veel kwaliteit voor een lage prijs. Is er na corona ook nog een toekomst voor zulke reeksen?

Ik ben grote fan van de lengte – een klein halfuurtje per aflevering – en van het feit dat het een minireeks is met slechts vier afleveringen die zo snel na elkaar uitgezonden worden. Maar de kleine ploeg en de snelheid waarmee dit gemaakt moest worden, vond ik minder aangenaam. Regisseur Lenny van Wesemael had hele pittige dagen omdat er zoveel gedraaid moest worden. Uiteindelijk is het wel gelukt, maar waar je liever vijf shots wil, waren er nu maar twee om uit te kiezen. Dus liefst wat meer draaidagen in de toekomst.

Dit was je eerste hoofdrol in een tv-productie. En het lijkt me meteen een rol waarin je je helemaal hebt kunnen uitleven.

Dat is ook zo. Een hoofdpersonage maakt natuurlijk vaak alle emoties van het palet mee, en Anja al helemaal. Nu is het afwachten op de reactie van het publiek. Ik blijf het wel eng vinden wat de mensen denken, ook al weet ik dat dit een heel waardevol project was. Maar de kans dat mensen het stom of niet grappig vinden, bestaat natuurlijk. Negatieve reacties raken me wel. Ik ga de commentaren zelf niet opzoeken op sociale media of in reacties op online artikels, maar stel dat iemand in mijn omgeving het niet goed vindt…

Dan was je beter toch pastoor geworden.

(lacht) Dat heb ik inderdaad ooit gezegd, ja. Toen ik jong was, wilde ik pastoor worden. Ik vond de homilie altijd zo’n fijn moment tijdens de mis. Toen bleek dus dat er geen vrouwelijke pastoors bestonden en wilde ik de eerste worden. Dan had ik altijd wel werk gehad natuurlijk. Alhoewel, de kerken lopen ook leeg.

Heb je 2020 (financieel) kunnen overleven? Vorig jaar rond deze tijd was je van plan om met je nieuwe theatergezelschap Woodman een jaar lang voor plezier te zorgen.

Daar is niet veel van in huis gekomen. (lacht) Tot corona uitbrak, was het wel supertof met Woodman. We hebben een paar grote voorstellingen kunnen spelen. Een paar maanden later heb ik met Theater Antigone nog de voorstelling Paling gemaakt, die we uiteindelijk vier keer hebben gespeeld. Kruimels misschien, maar ik ben toch blij dat ik ze nog gehad heb. Een financieel rampjaar was het net niet, maar de onzekerheid over hoe lang alles nog gaat duren, is vreselijk. Ik wil werken! Toch wil ik niet te hard klagen, zo zit ik niet in elkaar. Als dit niet nog een jaar duurt, hou ik het wel vol.

In een normaal jaar speel jij heel veel theater. Wat heb je nu gedaan om de verveling af te wenden?

In de eerste lockdown heb ik elke dag iets nieuws geleerd: van zuurdesembrood maken tot gebarentaal leren. Blijkbaar word je daar gelukkig van, van zoveel te leren. Tegenwoordig ga ik vooral veel wandelen met vrienden. Laatst hebben we een cocktailwandeling gedaan, die heel tof was . En binnenkort begin ik aan een onlinecursus wijnproeven. Ik hou blijkbaar van de combinatie leren en zuipen. (lacht)

Wat denk je van de ‘roaring twenties’ die voorspeld worden? Wanneer corona verdwenen is, wordt het feest.

Laat ze maar komen, die roaring twenties! Wanneer dit achter de rug is, wil ik niks anders dan dansen en vrienden uitnodigen en knuffelen. We beginnen dan met een gigantische brunch bij mij thuis en eindigen met een dansmarathon op café.

Dan hebben we misschien wel eerst een inenting nodig.

Misschien wel, maar laat dan toch maar eerst de mensen aan de beurt die het echt nodig hebben. Zo kunnen wij afwachten of alles wel goed verloopt met die vaccins. (lacht) Nee, ik ben zeker geen anti-vaxxer. Als het betekent dat ik straks mijn job weer kan uitoefenen, laat ik me absoluut vaccineren.

 

LEEF, van maandag tot donderdag rond 21 30 uur op Eén.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier