Koen Wauters helemaal van de kaart na dodelijk fietsongeval met kind

Na het rijden met een Formule 1-wagen (gelukt), knabbelen van een levensgroot peperkoeken huis (mislukt) was Koen Wauters in het vtm-programma ‘Project K’ toe aan zijn derde jongensdroom: een openhartoperatie live bijwonen. Om dit mogelijk te maken, moest hij aan de slag als hulpje bij de ambulanciers in Antwerpen. Het werd een onvergetelijke ervaring, met veel vrolijke toestanden (zo verwarde een dronken man hem met Tom Waes), maar ook een heel emotioneel moment, na een ongeval waarbij een kind het leven liet. “Ik ben er kapot van”, fluisterde hij bij aankomst in het ziekenhuis.

“Van kleinsaf was ik al heel erg geïnteresseerd in dokters en chirurgen. Ik besefte al gauw dat ik niet in de wieg gelegd was om dokter te worden, maar een openhartoperatie bijwonen, is altijd een droom gebleven”, vertrouwde Koen de kijkers toe. De opdracht die tegenover deze droom stond, werd uitgedeeld door minister van Volksgezondheid Maggie De Block. Zij besliste dat hij zich twee weken nuttig moet maken als hulpambulancier.

De tepellijn van moemoe

Na een spoedcursus en een examentje, trekt hij naar het Antwerpse Sint-Vincentiusziekenhuis, waar hij een team vormt met Jan en Roland, twee ervaren rotten in het vak. Jan brengt hem de edele kunst van het reanimeren bij met de woorden: “normaal gebeurt dit aan de tepellijn, maar je moet er rekening mee houden dat reanimeren het vaakst moet gebeuren bij een moemoe, en dan is de tepellijn al wat gezakt”. Als Koen uitgeschaterd is, kan het oefenen op de pop beginnen. Terwijl hij hartmassage uitvoert, zingt hij een bijzondere medley: ‘In een klein stationnetje’ gaat naadloos over in ‘Staying Alive’.

Doar zie, den Tom Waes!

De eerste dag moet er uitgerukt worden voor allerlei akkefietjes: een vrouw die onwel werd op de trein, een oudere dame met een heupprothese, een man die zich bezeerde na een val,… Dag 2 wordt opgevrolijkt door een dronken kerel die beseft dat hij niet met een doorsnee ambulancier te maken heeft: ‘Doar zie, den Tom Waes!’ Koen kan zijn oren niet geloven en nog veel minder als de telefoon gaat en de man ‘Dos Cervezas’ als ringtone blijkt te hebben. En het wordt nog beter, want als hij tegenstribbelend afgevoerd wordt, keelt de dronkaard nog “”Ik leg klacht neer tegen Tom Waes!” Koen komt amper bij.

Maar aan de vrolijkheid komt abrupt een einde op dag 3. De ochtend start rustig, er is zelfs tijd om de ziekenwagen te wassen. Maar dan komt er plots een dringende oproep binnen en al meteen wordt duidelijk dat het ernstig is want ook de MUG rukt uit. Het gaat om een zwaar ongeval met een jonge fietser. De camera volgt de ambulanciers niet terwijl ze hun werk doen, de scene wordt vanop een eerbiedige afstand getoond. Als Koen en zijn twee collega’s terug verschijnen, zijn ze lijkbleek. In de ziekenwagen wordt geen woord gezegd. Wat later stamelt Koen: “We hebben alles gedaan wat we konden, maar de fietser is overleden. Ik ben er kapot van. En dat is dan een programma om je dromen waar te maken…” Ook Roland en Jan zijn helemaal van de kaart. “Ook al je dit werk al jaren doet, blijft zo’n dramatische gebeurtenis je kippenvel bezorgen” zegt Jan.

Pannenkoekenbeslag over het hoofd

Na deze dramatische dag volgen we het trio tijdens een shift van maar liefst 24 uren. Omdat het weekend in aantocht is, zijn de problemen vooral het gevolg van overdreven alcoholgebruik. Alles verloopt vlot en Koen krijgt na afloop van zijn collega’s een diploma én een originele doop. Tijdens een pannenkoekenbak kiepert een van de verpleegsters een kom beslag over zijn hoofd. Koentje laat het allemaal gebeuren want hij beseft dat de buit binnen is: enkele dagen later mag ambulancier Wauters in het UZ Jette een openhartoperatie meemaken!

We hoopten even dat hij van zijn stokje zou gaan bij het openzagen van het borstbeen en het aanschouwen van het bloederig gebeuren, maar hij gaf geen krimp. Bijna even onverwacht was dat de Clouseau-hit ‘Het zit vanbinnen’ niet gedraaid werd tijdens de operatie. Project K weet dus af en toe toch te verrassen.