Er is al heel wat gezegd over de plannen van de nieuwe federale regering om de regels rond de werkloosheidsuitkering te wijzigen. Maar wat zegt het regeerakkoord daar zoal over?
1. Beperking in de tijd
De duur van de werkloosheidsuitkering zou beperkt worden tot maximum twee jaar. Hoelang je een werkloosheidsuitkering kan ontvangen, hangt hierbij af van het aantal voordien gewerkte jaren. Eén jaar werken in de voorbije drie jaar opent het recht op maximum één jaar werkloosheidsuitkering. Aanvullend krijg je per vier extra gewerkte maanden recht op één maand extra uitkering, zodat je na vijf gewerkte jaren recht hebt op de uitkering van maximaal twee jaar.
Deze beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd zou niet gelden voor wie ouder is dan 55 jaar, voor zover zij vanaf 2025 een beroepsverleden hebben van minstens 30 jaar van elk minstens 156 gewerkte dagen. Deze voorwaarde wordt gradueel verhoogd naar 35 loopbaanjaren in 2030. Ook van deze oudere werkzoekenden wordt verwacht dat zij tot hun wettelijke pensioenleeftijd beschikbaar blijven voor een nieuwe job.
2. Meermaals langer werkloos
Wie in de loop van zijn carrière meermaals werkloos wordt kan indien hij opnieuw voldoet aan de toelatingsvoorwaarde – één jaar gewerkt in de voorbije drie jaar – het recht op het maximum van twee jaar openen op basis van het nog beschikbare (opgespaarde) beroepsverleden.
3. Degressiviteit uitkering
Wie werkloos wordt krijgt daarbij de eerste periode een hogere financiële bescherming dan vandaag via een hogere vervangingsratio en/of loonplafond. Naarmate de tijd vordert, daalt de uitkering sterker dan vandaag.
4. Schoolverlaters
Voor jonge schoolverlaters zou de wachttijd beperkt worden tot 156 dagen na afstuderen waarbinnen de regionale dienst voor arbeidsbemiddeling twee positieve evaluaties geeft. Deze inschakelingsuitkering moet worden aangevraagd voor iemand de leeftijd van 25 jaar bereikt. Voor deze jongeren geldt een maximale duurtijd van de uitkering van 1 jaar die wordt opgeschort met het aantal gewerkte dagen.
