Zo hou je je kamerplanten in leven: 7 slimme tips waar je planten blij van worden

Planten in huis zijn altijd een goed idee: ze zorgen voor extra gezelligheid én ze zuiveren de lucht in je woning. Maar wat als je geen groene vingers hebt en je kamerplanten er steevast het loodje bij neerleggen? Geen nood: met onze tips gaan je planten een lang en stralend leven tegemoet!

1. Ga voor de eenvoud

Sommige planten zijn fijngevoelig en vragen flink wat onderhoud, andere planten kunnen dan weer best tegen een stootje en staan er zelfs na een paar weken zonder aandacht nog steeds fris en onbezorgd bij. Moet je vaak je planten bij het groenafval dumpen omdat je voor de zoveelste keer vergat je plantjes water te geven? Dan probeer je het best eens met zo’n stevige, stoere plant. Ze zijn makkelijk te herkennen aan de dikke stengel en dikke bladeren. Voorbeelden? Allerhande vetplanten, aloë vera, dracaena… Vraag raad in het tuincentrum indien je twijfelt! Ook de hippe luchtplantjes, die hun voedingsstoffen uit de lucht halen, zijn voor jou een goede match. Ze moeten maar af en toe water krijgen én ze scoren altijd goed op Instagram.

2. Op tijd water, en net genoeg

Check regelmatig of je planten niet in te droge of te natte grond staan. Stop even je vingers in de grond: voel je geen nattigheid, dan hebben je planten dorst en mag je water geven. Echter: wanneer de grond te nat is, dan zijn de wortels ook permanent vochtig en kunnen deze gaan rotten. Tip: staat er een uur na het water geven nog steeds water in de pot, dan moet je het teveel aan water beslist weggieten. Hou er ook rekening mee dat planten tijdens de winter minder en tijdens de zomer meer water moeten krijgen.

3. Kies het juiste plekje

Sommige planten houden van veel licht (maar zelden direct zonlicht), andere verkiezen een schaduwrijk plekje. Bepaal vooraf waar in huis je planten wil zetten, en hou bij de aanschaf van je groene vrienden rekening met hun voorkeuren en de plek die ze toegewezen krijgen. Tip: gele bladeren kunnen wijzen op een gebrek aan licht. Geef deze plant meteen een ander plekje met wat meer natuurlijk licht.

4. De juiste temperatuur

Zo’n 20 graden vinden de meeste kamerplanten prima. Zet de planten dus niet te dicht bij een verwarming of open haard, of op een plek waar het tocht.

5. Verander regelmatig van pot

Hoop je dat je plant weelderig zal groeien en regelmatig nieuwe bloemen geeft? Zet deze dan regelmatig in een nieuwe, grotere pot. Wanneer je dat het beste doet? Haal de wortels van de plant voorzichtig uit de pot. Hebben de wortels de vorm van de pot aangenomen? Dan mag je ze gerust een nieuwe pot geven. Doe dit bij voorkeur tijdens het voorjaar (al mag dat tijdens het hele jaar) en kies voor een pot die minstens 2 tot 3 cm groter is.

6. Hou je planten netjes

Dode bladeren? Verlepte bloemen? Verwijder ze op tijd want je plant vindt het geweldig om netjes voor de dag te komen. Ook kun je stof van de bladeren verwijderen door je plant even te vernevelen. Dat vinden de meeste planten geweldig!

7. Trakteer ze op iets lekkers

In de groeimaanden (maart tot september) kun je je planten gerust wat extra voeding geven. Meestal doe je dat door vloeibare bemesting aan het gietwater toe te voegen. Je kan ook gebroken eierschalen met wat koffiegruis mengen en dit aan je potgrond toevoegen, planten smullen hier met plezier van!