Eén groot vraagteken voor Parijs-Roubaix: hoe goed is Wout van Aert?

De momenten waarop iemand denkt onaantastbaar te zijn, blijken de gevaarlijkste. Wout van Aert won op indrukwekkende wijze de E3 en leek vlotjes de Ronde van Vlaanderen naar zijn hand te zetten, maar werd vervolgens plots geveld door corona. En dus luistert de topfavoriet in Parijs-Roubaix vandaag naar de naam van een renner die twee maanden geleden nog schijnbaar in zak en as zat: Mathieu van der Poel. Of gaat een derde hond met het winnende been aan de haal?

21 keer. Zo vaak reden Bert De Backer (38) en Jens Keukeleire (33) samen Parijs-Roubaix. Slecht deden ze het niet. Verre van zelfs. De Backer haalde vijf keer de top 21 en hielp in 2015 John Degenkolb, zijn kopman bij Giant-Alpecin, aan de zege. Het was de editie waarin Keukeleire in een sprint met zeven als zesde finishte, zijn beste resultaat ooit in Roubaix. De Backer hing eind 2021 zijn fiets aan de haak na een profcarrière van dertien jaar. Keukeleire is er vandaag voor de elfde keer bij. Als knecht, want na ziekte beschikt de Bruggeling van EF Education-EasyPost nog niet over zijn beste benen. Wij schotelden de twee ervaringsdeskundigen vijf stellingen over Parijs-Roubaix voor.

1. Door de coronabesmetting van Van Aert en de moeilijke winter door rugproblemen bij Van der Poel, is niemand écht topfavoriet.

De Backer : “Ik schat beiden hoog in. Het is niet omdat Van der Poel er in de Amstel niet bovenuit stak dat hij geen topfavoriet is. En als het bij Van Aert een simpele verkoudheid was, kan ook hij top zijn. Maar het is een feit: er is in het peloton veel onzekerheid. Het is onmogelijk te voorspellen wat er in deze Roubaix zal gebeuren.”

Keukeleire : “Ik denk toch dat Van der Poel de topfavoriet is. Ik geef hem vijf sterren. Als enige renner.”

2. Wout van Aert staat vandaag met een pak twijfels aan de start.

De Backer : “Ik ben geen medicus, dus spreek ik me niet uit over het mogelijke gevaar van corona. Feit is: in de wetenschap kan je maar oordelen op basis van de kennis die er op dat moment is. Jumbo-Visma kennende zal men, met de kennis die voorradig is, alleszins geen risico’s nemen.”

Keukeleire : “Van Aert start niet als hij weet dat hij niet goed is, denk ik. Of hij top zal zijn, hangt af van de mate waarin hij symptomen had. Ik veronderstel dat ze dat bij Jumbo-Visma goed opgevolgd hebben, maar ik hoop vooral dat ze geen risico’s nemen. Het is toch bij heel wat renners al gebleken dat het geen verstandige keuze was om snel te hervatten. Maar het zal niet zijn om in dienst te rijden. Van der Poel startte in Sanremo ook niet om zijn ploeg te helpen. En wie zou Van Aert helpen? Zelfs als hij aan 90 procent presteert, is hij de beste.”

3. Het voorjaar van Van Aert is niet geslaagd als hij Roubaix niet wint.

Keukeleire : “Een heel moeilijke vraag. Het was zeker niet slecht, hè. (grijnst) Als je zijn uitslagen erbij haalt, is zijn voorjaar geslaagd. Elke koers waarin hij gestart is, stond hij er. Alleen wordt Van Aert afgerekend op de Monumenten, maar daarin heeft hij zich door omstandigheden – er zijn zoveel coureurs ziek geworden – niet kunnen bewijzen.”

De Backer : “Het was zijn doel om in de Ronde en Roubaix top te zijn. Om welke reden dan ook – het is niet aan mij om daarover te oordelen – heeft hij dat doel niet bereikt. Dus zal Van Aert ontgoocheld zijn. Maar we moeten toegeven dat alles ervoor fantastisch was. Misschien haalde hij toen wel een niveau dat hij nooit eerder had. Puur procesmatig is zijn voorjaar dus geslaagd, maar op vlak van resultaten is dat nog niet het geval.”

4. De kritiek op het voorjaar van Quick-Step Alpha Vinyl is hard.

De Backer : “Dat is geen kritiek, wel een vaststelling. Er is ook een reden voor. Die ploeg zit in de verkeerde flow en ik weet niet of ze daar zelf veel schuld aan hebben. Waarschijnlijk controleert Jumbo-Visma nog veel meer alle zaken. Maar is dat de reden waarom ze minder pech hebben?”

Keukeleire : “Wat dit voorjaar gebeurt, is niet hun fout. Het is niet dat die renners zich niet verzorgd hebben of met slecht materiaal rijden. Het is een Belgische ploeg en dan wordt zoiets, vooral datgene wat slecht is, extra belicht in de Belgische media. Als iemand van hier slecht rijdt, komt het groot op de frontpagina.”

5. Dit jaar wordt Parijs-Roubaix door iemand anders dan Van Aert of Van der Poel gewonnen.

Keukeleire : “Misschien wel. Sowieso verwacht ik dat de koers weer heel vroeg zal openbreken. Een trend van de laatste jaren. De kopmannen beginnen heel vroeg te koersen. Dat zal nu niet anders zijn en is interessant voor vroege vluchters. Sterke jongens die zuinig zijn en kunnen overleven als de toppers komen aansluiten.”

De Backer : “Roubaix kan altijd een verrassing opleveren en zoals het parcours er nu bij ligt en er stralend lenteweer wordt voorspeld, zullen er heel veel heel lang kunnen volgen. Het wordt een fantastische editie om te rijden en om naar te kijken. Wie er wint, maakt voor mij dan niet uit.”

Keukeleire : “Twee namen: Küng en Asgreen. In de Amstel eindigden zij, op een parcours dat hen minder ligt, in de top tien. Nu, op kasseien die hen beter liggen, zullen zij heel dicht eindigen. Sowieso moeten we ook kijken naar Ineos, omdat die ploeg in de breedte zo sterk presteert. Zoals Quick-Step de voorbije jaren. Ze hebben altijd de controle en zitten altijd met meerdere pionnen in de finale.”

De Backer : “Ik houd het op Laporte, Ganna en Küng. Ik vreesde dat Laporte over zijn top zou zijn, maar volgens mij zal hij in deze koers weer fris voor de dag komen. Naar Ganna ben ik heel benieuwd. Morfologisch heeft hij alles wat je voor Roubaix nodig hebt en zelfs meer dan dat. Bij Küng ben ik aan het wachten op die eerste dikke prijs. De gunfactor speelt hier een rol. Niet persoonlijk, maar omdat ik na zijn overstap van BMC naar Groupama-FDJ niet had verwacht dat hij en zijn ploegmaats zo sterk voor de dag zouden komen. Dat team heeft mij echt verrast.”

Keukeleire : “Ik was daarnet al aan het twijfelen om de naam van Ganna te laten vallen. Hij is een van de renners uit dat sterke Ineos-blok. Ik weet niet hoe goed hij op kasseien is, maar ik twijfel er niet aan dat hij de capaciteiten heeft om deze koers te winnen. Dat Parijs-Roubaix voor beloften (in 2016, red.) al op zijn palmares staat, wil zeggen dat hij weet wat het is om over kasseien te rijden.”

De Backer : “Als je er bij de beloften zodanig bovenuit steekt, kan je in Roubaix ook winnen. Bij de profs is dat toch anders. Zoiets moet je leren. Neen, voor mij is zijn zege in 2016 geen garantie. De kans is heel groot dat Ganna het kan, maar daarvoor krijg je nog geen drie sterren. (grijnst) Ik houd het bij twee stuks.”