De week tegen pesten is voorbij, de strijd niet: ex-kunstschaatser Kevin Van der Perren getuigt: “Je kunt bij niemand terecht”
Vrijdag zijn de Olympische Winterspelen in het Zuid-Koreaanse Pyeongchang in gang geschoten. Kunstschaatser Kevin Van der Perren, de Belgische blikvanger van drie Winterspelen, stopte in 2012 met topsport. Hoe zou het nog zijn met de 35-jarige Oost-Vlaamse rebel, die het vrouwelijke imago van zijn sport wou bijstellen?
“Ik sta nog steeds elke dag op de ijsbaan”, zegt hij. “Ik geef les aan kinderen, doe demonstraties in binnen- en buitenland, oefen. Ik kan niet anders. Ik wou nooit stoppen met schaatsen. Ik ben gestopt als topsporter omdat ik de stress niet meer aankon. Dat was de juiste beslissing. Wat je mist, is trainen voor een doel. De grote wedstrijden mis ik niet. Ik zou er zelfs niet meer bij willen zijn. Ik volg de Spelen natuurlijk, en zeker de Belgen. Maar ik zit niet van ’s morgens tot ’s avonds aan mijn scherm gekluisterd. Ik zie vooral samenvattingen.”
De Belgische delegatie is met 22 atleten groter dan ooit. Wat zegt dat?
Dat het BOIC en Sport Vlaanderen beter werk leveren. Ze ondersteunen meer, maken meer fondsen vrij. Ik ben ook altijd goed ondersteund. Dat werpt zijn vruchten af. Ik weet nog dat we in Turijn met amper vier atleten waren. De infrastructuur blijft het pijnpunt. Sommige wintersporters hebben nul mogelijkheden in eigen land. Ik had het geluk dat de piste van Liedekerke altijd voor mij openstond . Die was niet perfect, maar ik kon tenminste in Ninove blijven wonen.
En je woont er nog steeds, hoewel je getrouwd bent met de Noord-Ierse kunstschaatsster Jenna McCorkell.
Ik ben gehecht aan mijn stad. Voor Jenna was dat niet altijd makkelijk, maar intussen heeft ze haar draai gevonden. Ze heeft een zaak in sportkleding opgestart in haar thuisland, die ze online van hieruit beheert. Ik heb ooit twee jaar in de buurt van New York gewoond. Toen ik naar België mocht terugkeren, was ik zo blij als een kind. Ik ben een patriot. Ik heb twee keer de Belgische vlag mogen dragen op de openingsceremonie van de Spelen. Vandaag ben ik daar heel fier op.
Je nam aan drie Spelen deel. Welke waren de mooiste?
Mijn eerste, die van Salt Lake City in 2002. Ik hou van Amerika. Alles is er zoveel groter dan elders. Je staat daar plots in een stadion van 14.000 man. Héél indrukwekkend. Sportief was het ook goed. Ik mikte op de top 24 en werd twaalfde.
Ik heb ooit een pestkop met zijn kop in het toilet geduwd en doorgetrokken.
In 2006 in Turijn werd je negende. Was dat sportief je beste prestatie?
Zonder twijfel. Maar ik kon ook zesde geworden zijn. Ik maakte een domme fout in de korte kür: een valpartij bij een makkelijke sprong. Een medaille was te hoog gegrepen. De buitenwereld stelde wel die vraag, maar ik kon mezelf en mijn tegenstanders goed inschatten. Eén keer heb ik vooraf gezegd dat ik brons zou pakken. Dat was voor het EK van 2007. Ik heb toen ook brons gepakt.
In Vancouver in 2010 werd je pas zeventiende. Wat liep er fout?
Mijn hele voorbereiding. Vanuit de bond kwam het voorstel om een andere choreograaf aan te stellen, iemand die wat kende van klassieke choreografie. Dat was niet mijn sterkste punt, ik hield meer van moderne muziek. Maar goed, ik volgde. Helaas: die man kwam uit de balletwereld. Hij kende niets van de reglementen. Na twee weken wist ik al: dit klopt niet. Wat hij me wou laten doen, lag mij niet. Mijn coach drong toch aan om verder te doen. Ik heb dat uiteindelijk twee maanden volgehouden. Dan heb ik de samenwerking stopgezet, met hem én met mijn coach.
Wat heb je daaruit geleerd?
Als je goed bent in iets, verander niet. Laat je niet ompraten door anderen. Dat zeg ik ook aan jongeren. Ik heb echt spijt van die periode. Ik heb drie maanden verloren. Ik heb dan ook nog eens mijn achillespees gescheurd.
Je zei weleens dat je meer punten zou verdiend hebben als je wat vrouwelijker bewoog. Leg eens uit.
‘Sierlijker’ is het juiste woord. Veel schaatsers bewegen als balletdansers. De jury ziet dat graag. Ik kon dat niet. Ik hield meer van het atletische aspect, de explosiviteit, de snelheid, de sprongen. Ik heb nooit ballet gedaan. In mijn jeugd was techniek prioritair, niet choreografie. Vandaag is dat helaas anders. Na mijn carrière heb ik deelgenomen aan Sterren op de dansvloer. Om die reden: ik wou mijn grote angst onder ogen zien. Nu goed, een jury is altijd subjectief. Je zal dat nooit kunnen veranderen. Ik voorspel nu al politieke spelletjes tijdens de Spelen.
Hoe bedoel je?
Een Frans jurylid die een Belgische kunstschaatser steunt op voorwaarde dat een Belgisch jurylid de Franse ijsdanser steunt. Zo werkt het.
Dat doet me denken aan het Eurosongfestival.
Dat is ook zo. (feller) En dat niemand durft te zeggen dat het niet waar is. Ik heb zelf ook vragen gekregen. Ken jij dat Belgische jurylid goed? Wat wil je in ruil voor steun? Ik ben er nooit op ingegaan. Maar ik weet dat anderen het wel doen. Het ligt er soms vingerdik op. Dat heeft me altijd vreselijk gestoord.
Het was niet mijn droom om topsporter te worden. Ik wilde meedoen met Disney on Ice.
Jij hield niet van het vrouwelijke imago van je sport. Waarom stoorde je dat?
Ik heb dat beeld altijd willen bijstellen, dat klopt. Kunstschaatsen is ook een mannensport. Daarom durfde ik al eens een skeletkostuum dragen. (zwijgt even) Dat is een trauma uit mijn jeugd. Ik was een populaire jongen, had veel vrienden. Tot ik op mijn tiende met schaatsen begon. Dan ben ik jarenlang gepest. Dat was keihard. Als je niet op mannen valt, maar je wordt voortdurend homo genoemd, dan doet dat pijn. Ik heb me heel mijn leven verzet tegen dat beeld.
Heb jij eens geen pestkop in het toilet geduwd?
(lacht) Ja, zijn kop erin en doorgetrokken. En dan kreeg ík een gedragscontract van de school. Mijn ouders waren kwaad op mij. Ik wou stoppen met school, maar ik mocht niet van thuis. Weet je, als ik vandaag door die schoolpoort loop, wat soms gebeurt als ik een show geef, keert mijn maag nog steeds om. Dat blijft bij.
Heb je een tip voor jongeren om daarmee om te gaan?
Wie begint te schaatsen, zou dat beter doodzwijgen. Ik zou het alleszins zo doen, mocht ik opnieuw mogen beginnen. Ik weet ook dat het geen oplossing is op lange termijn. Maar op korte termijn bescherm je wel jezelf. Twee jaar geleden was er die gepeste jongen die van een brug sprong. Dat was heel herkenbaar voor mij. (zwijgt) Weet je wat het grote probleem is? Je kan bij niemand terecht. Je ouders kunnen je niet helpen. De school ook niet. Ik heb al vaak tegen Jenna gezegd: als ik tijd heb, wil ik zelf iets ondernemen tegen pesten op school. Dat tekent je voor het leven. Mijn zelfvertrouwen is tot op vandaag zwaar aangetast.
Ben je geslaagd in je opzet het imago te veranderen?
Ik zie wel dat mensen anders reageren. En het is niet meer zo dat de overgrote meerderheid van de kunstschaatsers homo is. Vroeger was dat wel het geval.
Heb jij alles uit je carrière gehaald?
Absoluut. Ik ben beginnen te schaatsen dankzij Disney on Ice. Ik wou daar als kind aan meedoen. Ik had niet de grote droom om topsporter te worden, maar je groeit daarin zonder dat je het goed beseft. Vraag me niet wat ik anders zou geworden zijn, dat weet ik niet. Ik kan me geen leven inbeelden zonder de ijsbaan. Ik sukkel nu met een hernia in mijn nek. Dat moet geopereerd worden. Maar als ik dat doe, kan ik niet meer springen. Ik stel het daarom zo lang mogelijk uit. Als ik morgen niet meer mag schaatsen, kan je evengoed een kogel door mijn kop schieten. (lacht)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier