Donderdag veroverde Lotte Kopecky al WK-zilver in de afvalling. Vandaag neemt ze als uittredend wereldkampioene ook nog deel aan de puntenkoers. (foto Belga) © IMAGO/Sirotti

Vandaag slotdag op WK baanwielrennen in het Deense Ballerup: elfde WK-medaille voor Kopecky?

Na één zilveren en twee gouden medailles was er donderdag opnieuw zilver in de afvalling voor Lotte Kopecky op het WK baanwielrennen in Denemarken. Vandaag kan ze, na 2021 en 2023, haar derde wereldtitel in de puntenkoers veroveren. Het kan al de elfde WK-medaille in Kopecky’s rijkgevulde pistecarrière worden.

In Ballerup, een stadje bij Kopenhagen, vindt vandaag de slotdag van het WK plaats. Met Jules Hesters (afvalling heren), Lindsay De Vylder en Fabio Van den Bossche (ploegkoers heren) en Lotte Kopecky (puntenkoers dames) zijn er opnieuw meerdere Belgische medaillekansen. Hesters is een specialist van de afvalling. Als belofte veroverde de 25-jarige Gentenaar drie keer Europees goud. Als prof voegde hij daar al twee bronzen EK-medailles aan toe. De Vylder en Van den Bossche, die op de Spelen in Parijs omniumbrons behaalde, zijn het Belgische duo in de ploegkoers.

Al vijf gouden WK-medailles

Uitkijken is het ook naar Lotte Kopecky, die donderdag al tweede werd in de afvalling. Onze 28-jarige landgenote bouwde de voorbije vier jaar al een indrukwekkend palmares op de weg uit, maar haar prestaties op de piste moeten er niet voor onderdoen. Na het WK-goud in de ploegkoers met Jolien D’hoore in Hongkong 2017 volgden nog negen WK-medailles, waarvan vijf gouden. Ook op Europese kampioenschappen scoort Kopecky traditioneel goed: negen keer eremetaal, waarvan zesmaal goud. Tien van haar 19 medailles behaalde ze in haar twee favoriete onderdelen, de afvalling en de puntenkoers. Dat zijn echter geen olympische disciplines.

Lindsay De Vylder is wereldkampioen omnium

Lindsay De Vylder heeft gisteren op de piste van Ballerup een stukje nationale wielergeschiedenis geschreven. De Vylder kroonde zich tot eerste Belgische wereldkampioen omnium ooit.

De 29-jarige Lindsay De Vylder is al jaren een gevestigde waarde in het baanwielrennen, maar kon zich nog nooit tot wereldkampioen kronen. Tot gisteren dus. De Vylder begon zijn omnium met een tiende plaats in de scratch, gevolgd door een vierde plaats in de temporace en een zevende in de afvalling. Constante prestaties, die ervoor zorgden dat hij als vijfde in de tussenstand aan de afsluitende puntenkoers kon beginnen.

Een bronzen medaille lag zeker nog binnen bereik, maar De Vylder overtrof zichzelf en reed een beresterke puntenkoers. Hij zette door na de eerste tussensprint en pakte meteen een bonusronde. Net over halfweg pakte De Vylder een tweede bonusronde en niet veel later volgde al een derde. De Vylder had de koppositie te pakken en gaf die nadien niet meer uit handen. Een ongelooflijke stunt die bij de kersverse wereldkampioen de nodige emoties losweekte.

“Ik had dit echt niet verwacht”, reageerde De Vylder in het flashinterview. “Ik had deze zomer toegewerkt naar de Spelen, maar die waren echt slecht. Daardoor was ik mijn vertrouwen helemaal kwijt, maar hier liep het plots wel weer goed. Ik kon vanuit een goeie uitgangspositie aan de puntenkoers beginnen en ik wist dat Dorenbos niet op iedereen kon reageren. Het was zaak om op het goeie moment rondes te pakken en dat lukte. Deze wereldtitel maakt heel veel goed. Het vertrouwen is nu wel terug”, lachte een dolgelukkige De Vylder. (BVS)

In Parijs greep Kopecky deze zomer voor de tweede keer op rij naast een medaille. In het omnium, dat bestaat uit vier onderdelen (scratch, temporace, afvalling en puntenkoers) werd Kopecky vierde. Sterke prestaties in haar twee favoriete onderdelen volstonden niet om haar opgelopen achterstand goed te maken. Op dit WK reed Kopecky het omnium niet vanwege te belastend na zo’n lang seizoen. Ook de scratch liet ze aan zich voorbijgaan. “Vier nummers op één dag zou te veel zijn, maar voor mijn twee lievelingsnummers kan ik mij nog opladen”, liet ze optekenen.

Lani Wittevrongel, de 19-jarige West-Vlaamse die op het EK in januari verrassend zilver behaalde, was er woensdag wel bij in de scratch. “Of ik Lotte tips kan geven voor dat nummer? Neen, voor tactieken zit ze voldoende vaak samen met Kenny De Ketele. Trouwens, we mogen ons niet blindstaren op één wedstrijd. Lotte heeft al vaak wel een goeie scratch gereden. Maar het is en blijft wel Lotte Kopecky. De scratch is een wedstrijd over 40 rondjes en de eerste over de meet wint. Eigenlijk is het helemaal niet moeilijk, maar net omdat het niet moeilijk is, is het dat wel. Zeker voor Lotte. Iedereen kijkt naar haar en dat zal zo blijven in elke koers die ze in haar leven nog zal rijden.”

Belgische hoogconjunctuur

Naast Kopecky waren deze week nog vijf Belgische rensters aan de slag op het WK piste: Katrijn De Clercq (°2002), Marith Vanhove (°2003), Febe Jooris (°2004), Lani Wittevrongel (°2004) en Hélène Hesters (°2005). In juni 2025 maakt ook Shari Bossuyt (°2000) haar rentree. “Het is enorm mooi dat er zoveel jonge Belgische meisjes al op dit niveau meedraaien”, vindt Wittevrongel. “Op training gaat het hard. We motiveren elkaar om allemaal sterker te worden. Neen, het hoogtepunt van het Belgische baanwielrennen is nog niet voorbij, denk ik. Dankzij de komst van Tim Carswell zet iedereen stappen en dat zal de komende jaren niet anders zijn. Daar ben ik zo goed als zeker van.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier