Wout van Aert en Mathieu van der Poel kruisen vandaag de degens op Linkeroever
Bijna een jaar na hun vorig duel staan Wout van Aert en Mathieu van der Poel in Antwerpen nog eens samen aan de start van een cross. Wie heerst? Of steken Laurens Sweeck, op het parcours waar hij in 2020 Belgisch kampioen werd, of wereldkampioen Tom Pidcock er een stokje voor?
Dertien jaar en drie maanden na hun eerste duel ooit – de nieuwelingencross in Essen-Horendonk – en 342 dagen na hun voorlopig laatste clash – de Superprestigemanche in Heusden-Zolder staan Wout van Aert (28) en Mathieu van der Poel (27) vandaag aan het Sint-Annastrand op Linkeroever opnieuw loodrecht tegenover elkaar. De achtste Wereldbekercross van het seizoen in Antwerpen wordt een editie om duimen en vingers bij af te likken, want ook Laurens Sweeck en wereldkampioen Tom Pidcock staan klaar om een prestigieuze zege binnen te rijven.
Psychologie
Er is een tijd geweest dat de rivaliteit tussen Van Aert en Van der Poel voor een opeenstapeling van incidenten zorgde. Niet door openlijke scheldpartijen, wel via psychologische spelletjes. We herinneren ons de veelbesproken WK’s in Bieles (2017) en Valkenburg (2018). We herinneren ons de tweet die Van der Poel de wereld inzond met een dopingformulier waarop stond dat hij geen medicijnen gebruikte, waarna vader Adrie vroeg: “Wie volgt?” We herinneren ons de woorden van Adrie, die zei dat Van Aert “een flauw ventje was” en “doorheen de jaren zes keer breder en drie keer langer was geworden”. We herinneren ons hoe vaders Adrie en Henk niet samen door één deur konden. We herinneren ons hoe Van Aert voor het WK van 2014 in Hoogerheide, uitgetekend door Adrie, een prik uitdeelde door te zeggen dat “Mathieu officieel geen inspraak in het parcours had.” We herinneren ons hoe Van Aert zich na een nederlaag liet ontvallen dat “Mathieu precies met andere banden reed”. En we herinneren ons ook de corona-editie van Gent-Wevelgem in 2020, toen de twee een persoonlijk oorlogje voerden en finaal beiden met lege handen achterbleven. “Er was er eentje die blijkbaar liever had dat ik verloor dan dat hij zelf won”, reageerde Van Aert ontgoocheld.
Het moet gezegd: er is sindsdien veel veranderd. De carrières van Van Aert en Van der Poel lopen wijd uiteen. Onze landgenoot heeft zich ontpopt tot de Mister Regelmaat van het peloton. Zijn palmares van de voorbije twee jaar mag er dan ook zijn: zes ritten en de groene trui in de Tour, Gent-Wevelgem, Amstel Gold Race, Omloop, E3 Harelbeke, een Belgische titel op de weg en etappes in Tirreno-Adriatico, Parijs-Nice en Dauphiné. Van Aert werd ook viceolympisch kampioen op de weg, vicewereldkampioen tijdrijden en haalde het podium in de Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en Luik-Bastenaken-Luik. Kortom, een indrukwekkend lijstje.
Mathieu van der Poel is de voorbije twee jaar geen Mister Regelmaat gebleken. Hij won, in tegenstelling tot Van Aert, wel twee Monumenten: twee keer de Ronde van Vlaanderen. Ook de Strade Bianche en een rit in Giro en Tour prijken op zijn erelijst. Maar voor de rest? Een zware val in de olympische mountainbikerace in Tokio, aanhoudende rugproblemen, een rampzalige Tour door een te beperkte basis en een nog dramatischer WK in Wollongong waar hij na een hotelincident met twee tieners de nacht in een politiekantoor doorbracht – Australië is nu eenmaal wielerland België niet en opgaf.
Lopen aan 3’50”/km
Vandaag, 70 dagen later, staan Van Aert en Van der Poel opnieuw samen aan de start van een wedstrijd. Van Aert rijdt zijn eerste cross van deze winter. Van der Poel kwam vorig weekend al in actie in Hulst. En hoe! Na twee crossen in 665 dagen tijd maakte hij nog veel technische fouten, maar op fysiek vlak was er geen houden aan. Dat hij na de cross nog 7 km ging lopen aan een tempo van 3’50” per kilometer, maakte zowaar nog meer indruk. Dit was opnieuw de dominante Van der Poel uit het verleden.
Anders is het met Van Aert. Hij kwam sinds zijn vierde plaats in de WK-wegrit niet meer in actie, reisde met vrouwlief Sarah en zoon Georges door Australië en naar Dubai, liep een bronchitis op, bleef een kleine maand van de fiets en kwam sinds de Tour zes kg (spiermassa) bij. “Pas rond Kerstmis zal ik op mijn best zijn. Als ik in Antwerpen tiende word, zal ik niet teleurgesteld zijn. Het is echt niet vanzelfsprekend om na één maand training al goed te zijn.”
De reactie van Van der Poel, die gisteren ook al in Boom reed, bleef niet lang uit. “Een Van Aert aan 90 procent is ook al een taaie tegenstander waarmee je de handen vol hebt. Als wij aan de start van een cross staan, moet dat zijn met de ambitie om te winnen. Vorig jaar won Wout zijn eerste cross met bijna twee minuten voorsprong. Hij zal nu ook weer proberen te winnen.”
Dan toch een psychologisch spelletje tussen WVA en MVDP?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier